woensdag 30 mei 2007

De aporieën van Zeno

Vandaag een gewichtig onderwerp: filosofie. Een kwestie die iedereen moet aanspreken, omdat ze ieders kijk op de wereld behelst en problematiseert. Ik heb het over de aporieën van Zeno (aporie=onvermogen om een filosofische kwestie tot een oplossing te brengen). Toen ik ze voor het eerst las stond ik werkelijk versteld. Een nogal simpele set van ideeën, geen speld tussen te krijgen, maar alle rationele kennis op losse schroeven zettend.

Waar gaat het over? De Griekse filosoof Zeno formuleerde vier stellingen op het gebied van de beweging die hij sluitend heeft beargumenteerd:

1.Beweging is onmogelijk, want niets kan beginnen te bewegen.
2.Iets kan beginnen te bewegen, maar blijft dan eeuwig bewegen.
3.Het sneller bewegende beweegt langzamer dan het langzamer bewegende.
4.Het bewegende staat stil.

Uitleg:
1:Deze stelling staat bekend als de Dichotomie. Wat zich op een bepaalde plaats bevindt en naar een andere plaats wil moet eerst minstens de helft van de totale afstand afleggen; maar om op de helft te komen moet het weer eerst de helft van díe afstand afleggen en zo tot in het oneindige. Omdat er altijd een punt overblijft waar het eerst nog naar toe moet, zal het nooit van zijn plaats komen.
2:Deze stelling staat bekend als de Racebaan en behelst de 'andere helft' van stelling 1. Iets wat ergens heen moet moet eerst de helft van de afstand afleggen en vervolgens weer de helft van de tweede helft en zo tot in het oneindige. Omdat er altijd een punt overblijft waar het nog maar toe moet zal het nooit het eindpunt bereiken en is de beweging eeuwig.
3:Deze stelling staat bekend als de Achilles en is waarschijnlijk de bekendste. Het gaat om de race tussen Achilles en de schildpad. Als de schildpad een voorsprong heeft moet Achilles eerst zijn achterstand inhalen, maar in de tijd die hij daarvoor nodig heeft is de schildpad ook weer een stukje vooruit gekomen en zo tot in het oneindige en daarom zal Achilles de schildpad nooit inhalen.
4:Deze stelling staat bekend als de Pijl. Een afgeschoten pijl bevindt zich in zijn vlucht op een bepaald moment op een bepaalde plaats in de ruimte. Op dat moment is hij op die plaats en nergens anders. Maar op die plaats waar hij zich bevindt kan hij niet bewegen. En omdat hij ook niet kan bewegen waar hij zich niet bevindt staat hij stil.

Vier stellingen die het denken volkomen murw geslagen hebben. Rationeel volstrekt kloppend en allevier op zichzelf waar. Het ongelooflijke schuilt nu in de onverenigbaarheid van de stellingen onderling (vergelijk bijv. de 1e en de 2e) en, most of all, in de discrepantie tussen deze rationaliteit en de empirische waarneming. We zien toch immers overal om ons heen dat alles beweegt! En toch kloppen de stellingen rationeel gezien als een bus. Hier komen het rationele en het empirische dus in botsing.

Er zijn drie standpunten mogelijk n.a.v. het voorgaande:
1.De stellingen zijn correct; beweging is een illusie
2.De stellingen zijn niet correct; beweging is geen illusie
3.De stellingen zijn correct en beweging is geen illusie: het rationele denken is niet van toepassing op beweging.

In de millennia na Zeno hebben dozijnen filosofen, van Aristoteles tot filosofen van nu, geprobeerd een uitweg te zoeken door de aporieën van Zeno te ontkrachten en dus standpunt 2 te bewijzen. Het feit dat men keer op keer heeft getracht dit te doen toont op zich al aan dat het een schier onmogelijke klus is. Als men er immers in slaagt ze te ontkrachten zouden ze voor eeuwig ontkracht zijn. Een oplossing voor de Pijl is bedacht door Leibniz. Hij stelde dat een bewegend iets continu door God vernietigd wordt en op een volgend punt weer opnieuw geschapen wordt. Door dit principe van transcreatie is beweging denkbaar geworden door het probleem van de ondenkbaarheid naar God te verplaatsen.

Tot op de dag van vandaag is men met Zeno's aporieën bezig. Wiskundigen hebben er hun theorieën over limieten en het mathematisch oneindige op toegepast en het resultaat is dat men door processen van gewenning en acceptatie een bepaalde oplossing op het duistere gebied van de zogenaamde infinitesimaalrekening heeft gecanoniseerd, al blijven er geleerden en filosofen die op het standpunt staan dat de aporieën nog steeds niet allemaal zijn opgelost.

Naar mijn mening wordt veel vertroebeld door het vasthouden aan het idee dat er een rationele oplossing móet zijn. Recente ontdekkingen in de natuurkunde hebben aangetoond dat onze denkwetten soms gewoon niet meer van toepassing zijn op bepaalde verschijnselen. Ik denk dan aan de kwantummechanica en de theorie van een deeltje dat tegelijkertijd op twee verschillende plaatsen kan zijn of zowel als deeltje als als een golf gezien kan worden. En daaruit voortvloeiend waarnemingen in de energie waarbij een elektron in een atoom van een binnenbaan A naar een buitenbaan B gaat zonder het traject van A naar B te hebben doorlopen en zonder dat er tijd verstrijkt tussen het verdwijnen uit de binnenbaan en het verschijnen in de buitenbaan! Standpunt 3 verdient dus aanbeveling.

Moeilijke materie, ongetwijfeld. Ik ben geen filosoof en nog minder een natuur- of wiskundige, dus de hedendaagse theorie gaat mij boven de pet. Feit blijft dat de aporieën van Zeno appelleren aan onze fundamentele kennis en de geldigheid van waarneming enerzijds en het rationele denken anderzijds. Ik vind ze fascinerend.

dinsdag 29 mei 2007

Kopen of lenen

Voor een boekenwurm als ik dringt zich altijd het dilemma op of ik een boek zal kopen in een boekhandel of lenen uit een bibliotheek. Natuurlijk zou ik het liefst alles kopen, maar tussen droom en daad staan wetten in de weg, en praktische bezwaren. Economische wetten welteverstaan: voor een student is het budget om boeken aan te schaffen al grotendeels bestemd voor studieboeken zodat er weinig financiële ruimte overblijft voor het kopen van juweeltjes om in de vrije tijd te lezen. Praktische bezwaren bestaan uit een boekenkast die niet meegroeit en een fundamenteel tijdsgebrek. Er zal altijd meer te lezen zijn dan dat er tijd van leven is.

Als compromis pas ik meestal de praktische regel toe om primaire literatuur zoveel mogelijk te lenen uit plaatselijke en universiteitsbibliotheken. Romans en verhalenbundels lees ik immers in de regel voorlopig maar één keer en in een redelijk tempo. De uitleentermijn legt daarnaast nog een discipline op om de betreffende boeken niet te laten liggen en binnen een paar weken uit te lezen. Mocht zulk fictioneel werk een uitstekende leeservaring opleveren dan is daar nog altijd de mogelijkheid om een mooie uitgave aan te schaffen. Secundaire literatuur daarentegen heb ik het liefst meteen in mijn bezit. Ik ben verzot op essays, literatuurgeschiedenissen en theoretische werken en ik bezoek dan ook maandelijks een tweedehands boekhandel om zulke werken op te sporen. Het lezen van beschouwend werk is geschikt om in fases uit te voeren en ik grijp er altijd op terug om iets op te zoeken of te herlezen. Zo vond ik laatst een ongeschonden uitgave van Hans Goedkoops originele essaybundel Een verhaal dat het leven moet veranderen, waar ik menige avond enkele uren zoet mee ben.


Mijn bezoek van vanmiddag aan De Slegte in Den Bosch heeft mijn collectie gelukkig verder verrijkt. Vooraf een vast bedrag gereserveerd hebbende dwaalde ik weer eens veel te lang rond, niet tot een definitieve keuze in staat zijnde. De mooiste boekjes zijn vaak te vinden op de gekste plekken. Mijn oog viel op een boek dat door andere boeken naar achteren was gedrukt. Ik haalde het tevoorschijn en het bleek Literatuurwetenschap in Nederland. Een vakgeschiedenis te zijn, een boek waar ik al een tijdje naar op zoek was. Daarnaast was er nu ook een mooie versie - naast de besmeurde versie die er altijd staat - van Karel van het Reve's Uren met Henk Broekhuis beschikbaar.

Een boek waar ik ooit eens enkele fascinerende pagina's van las maar waar ik alijd vergeefs naar zoek is Thomas S. Kuhn's vermaarde De structuur van wetenschappelijke revoluties. Iemand?

maandag 28 mei 2007

De wielrenner een gevaar?

Afgelopen zaterdag las ik dit bericht in de krant. Ik wil me hierbij graag mengen in de discussie. De wielrenner is een kwetsbare deelnemer in het verkeer. Hij beschikt niet, zoals andere sporters, over een eigen afgebakend terrein om de sport te beoefenen en is daarom afhankelijk van de openbare weg. Daar gelden verkeersregels. Zoals met alle regels het geval is, heb je te maken met regels in theorie en regels in de praktijk. Vooral in het verkeer is de praktische toepassing van regels een samenspel tussen de verschillende deelnemers. Veiligheid en gemak gaan zodoende vaak vóór het strikt navolgen van de regels, en terecht. Een automobilist wordt beschermd door de carrosserie waarin hij zich bevindt, terwijl de wielrenner blootgesteld is aan de elementen. Een wielrenner legt het dus altijd af wanneer hij met een auto in botsing komt. Hier ligt een belangrijke verantwoordelijkheid voor de automobilist. Hij moet als minder kwetsbare deelnemer rekening houden met fietsers. Dus niet vlak langs een wielrenner scheren zonder snelheid te minderen, niet inhalen als er wielrenners tegemoet komen en geef eens voorrang als je daardoor de wielrenners rijdende kunt houden. Het is maar een kleine moeite.

Als recreatief wielrenner weet ik onderhand waar de gevaren liggen. Automobilisten, vooral de oudere, houden over het algemeen goed rekening met mij. Oogcontact is belangrijk en elke automobilist die zelf ook fietst weet dat voorrang geven een heel normaal gebaar is. Als wielrenner zit je namelijk vastgeklikt in je pedalen en op het laatste moment los moeten klikken kan tot valpartijen en botsingen leiden. De gevaarlijke automobilist is vaak van het type '18 en net een rijbewijs'. Onderuit gezakt op de stoel, hand boven op het stuur en zich vooral niks aantrekkend van de snelheidsbeperkingen of kwetsbare verkeersdeelnemers vormt hij (altijd een hij) een groot gevaar voor de wielrenner.

Het komt er dus op aan om wederzijds respect te tonen. Ga als wielrenner nooit in grote groepen rijden en zoek oogcontact met een automobilist als elkaars wegen kruisen. Besef als automobilist dat je veilig en droog zit en altijd sneller op je bestemming kunt zijn dan de wielrenner. Een wielrenner moet ook trainen en is aangewezen op de openbare weg. Door zijn hoge snelheid en de abominabele toestand van sommige fietspaden is hij soms te vinden op de rijbaan ja. Kritiek richt zich vaak op het feit dat wielrenners twee-aan-twee blijven rijden en niet achter elkaar, maar dat laatste maakt het toch juist veel gevaarlijker! Wanneer men twee-aan-twee rijdt zal een auto moeten wachten tot er geen tegenliggers zijn en dan kan hij inhalen. Als wielrenners achter elkaar rijden zal de automobilist gewoon de wielrenners op zijn eigen rijbaan passeren en dan rijdt hij met hogere snelheid zo dicht langs de fietsers dat dit levensgevaarlijke situaties oplevert.

Auto's zijn dus soms een iritatie voor mij als wielrenner. De grootste ergernis blijft natuurlijk de lekke band. Vooral als het regent en uiteraard als je het verste van huis bent... Ter afsluiting de top-10 van ergernissen voor een wielrenner:

1. Lekke band
2. Auto's die geen rekening met je houden
3. Tegenwind
4. Loslopende en overstekende honden
5. Rugpijn en kramp
6. Slechte fietspaden en wegen
7. Honger
8. Tractoren met zwiepende maaimachines e.d.
9. Trage fietsers van 65+ die je fietsbel niet horen als je er langs wil
10. Drempels

vrijdag 25 mei 2007

De biografie van Seedorf

Sinds mensenheugenis zijn wij thuis geabonneerd op het weekblad Voetbal International. Vroeger spelde ik het magazine van de eerste tot de laatste pagina, tegenwoordig is dat door andere bezigheden en verminderde interesse niet meer aan de orde. Toch ben ik nog altijd blij als ik 's woensdags een verse uitgave op de deurmat zie liggen. Ik pik de interessante artikelen eruit en rubrieken als ''t Wereldje' en 'VI-mail ' laat ik nooit ongelezen voorbij gaan. Sinds ik Nederlands studeer en me bezighoud met literatuur is het altijd extra boeiend om de rubrieken 'Persoonlijk' en 'Leven zonder voetbal' te lezen. Hierin wordt de heren voetballers namelijk gevraagd naar hun smaak op leesgebied. Na al die jaren weet ik genoeg om de antwoorden enigszins globaal te rangschikken:

50%: "Ik lees nooit een boek. Daar heb ik geen zin in/geen geduld voor
35%: "Ik heb de biografieën van Clarence Seedorf en Patrick Kluivert gelezen!"
10%: "Ik lees in de vakantie soms een boek. De Da Vinci Code is mijn favoriet."
4%: "Ik lees literatuur! Komt een vrouw bij de dokter van Kluun is prachtig!"
___
99% antwoordt dus volgens verwachting. Gelukkig is er nog die 1% die blijk geeft van een degelijke opvoeding en meer leest dan een biografie van iemand wiens leven net begonnen is. Hulde dus voor Kees Luijkcx, bij wie Een schitterend gebrek van Arthur Japin favoriet is. Hulde voor Evgeny Levchenko en Kaká, die zich verdiepen in de wereldliteratuur. En hulde voor Hugo Borst, die kenner van het werk van Willem Elsschot blijkt te zijn. Voetballers en literatuur is echter geen gelukkige combinatie te zijn. En daarmee is het vooroordeel weer bevestigd.

woensdag 23 mei 2007

Top 600: (15) Papa Roach - Decompression Period

Beluister het lied

Vanaf heden zal ik, om enige systematiek in deze rubriek te brengen, tweewekelijks op woensdag een volgend nummer bespreken uit het beste van de persoonlijke top 600 van 'the music we grew up with'.

Vandaag nummer 15: Decompression period van Papa Roach. De eerste cd van deze Amerikanen, getiteld Infest, kreeg ik van een klasgenoot en deed samen met The Offspring en Linkin Park dienst als een soort van inwijding in de contemporaine punk/rockmuziek. Infest was een aardige cd, maar in vergelijking met de opvolger iets te rauw en schreeuwerig naar mijn smaak. Deze opvolger kreeg de titel Lovehatetragedy mee. Volgens 'de pers' een tegenvaller, maar ik dacht er weer tegenovergesteld over (zoals wel vaker zoals we verderop in de lijst zullen merken). Enigszins schizofreen is de plaat zeker, met stevige nummers en rockballads en kenmerken van beide subgenres in individuele nummers. 'Decompression period' pikte ik er meteen uit door de somberheid die het lied uitstraalde en de opbouw naar het ontluisterende einde. Ik kan me nog herinneren dat ik de tekst eens uit mijn hoofd opschreef in een tussenuurtje op school en het woord voor woord oproepen van de lyrics gaf ze extra glans.

Papa Roach is nooit echt groot geworden bij de mainstream, maar heeft toch altijd een speciale plaats in mijn muzikale hart behouden. Inmiddels volg ik ze niet meer, maar de drie cd's die ik heb wil ik nog weleens in mijn cd-speler of discman stoppen.

I must confess
I'm falling apart
Breaking your heart
Crying with you on the phone
We're walking on thin ice
I hope it doesn't break

zondag 20 mei 2007

Opmerkelijk nieuws dat eigenlijk geen opmerkelijk nieuws is

* Tegenvallende verkoop biografie Frans Bauer
Nog maar net dertiger, maar al wel een biografie. Frans Bauer, de minstreel van de autochtone achterstandswijk, kwam met een biografie op de markt. En de verkoop blijkt tegen te vallen. Hoe is het mogelijk, cd na cd wordt platina, maar de biografie verkoopt niet! Geen verrassing vind ik. Aangezien het merendeel van Bauers fans analfabeet is dan wel in een gesloten inrichting verblijft, is het lezen van een boek voor deze mensen een brug te ver. Ook als het onderwerp volksheld Bauer is. (Het lijkt me trouwens überhaupt niet spannend en interessant een biografie te lezen van iemand die zo gewoon gebleven is.)
* Dubieuze rol Ad Melkert in zaak-Wolfowitz
Sluwe Ad lijkt geen schone handen te hebben in deze zaak. Als lid van de ethische commissie van de Wereldbank had hij geen enkele moeite met de voorkeursbehandeling voor Wolfowitz' vriendin. Sinds 6 maart 2002 weten we dat Melkert als schoolvoorbeeld van de oude politiek niet meer thuishoort in een kabinet of kamer. De chagrijnige verliezer verdween dan ook van het politieke toneel en vluchtte naar de States. Ook daar wist Rupsje Nooitgenoeg een baantje te bemachtigen. En wederom heeft hij het onderspit gedolven door zich onmogelijk te maken. Waar vindt Norse Ad nog politiek asiel?

* Krakers balen van slecht imago
Krakers zijn het niet eens met de negatieve beeldvorming die er rondom hen bestaat. Ze definiëren kraken als een protest tegen leegstand en woningnood. Dit is een voorbeeld van een situatie waar de praktijk mijlenver van de theorie afstaat. Voor veel krakers is een gratis woonverblijf namelijk al het einddoel. Geen wereldverbeterende achtergrondgedachte dus. Werken is er niet bij en respect voor enig gezag ook niet. Kraken was in de jaren 60 nog echt een idealistische daad, maar is nu helaas vervallen tot asociaal gedrag en nietsdoenerij.

woensdag 16 mei 2007

Een feestdag?

Met de bus naar de universiteit is altijd weer een pleziertochtje voor een observator als ik. Ik houd ervan andere studenten heimelijk te bekijken en af te luisteren. Zonder allerlei enge bijbedoelingen uiteraard. Het is interessant om te zien hoe sommige mensen zich in allerlei bochten wringen qua kleding om maar aan een modegril te voldoen (laatste modeverschijnsel: meisjes in boxershorts die nog duidelijk tussen shirt en broek zichtbaar zijn ook. Het moet niet gekker worden.) Nog leuker is het om de gesprekken op te vangen die de intellectuelen van morgen met elkaar voeren. De onzin die uitgekraamd wordt is soms te bizar voor woorden. Vanochtend brak een meisje alle voorgaande records van verbale stommiteit.

Onderwerp van het gesprek tussen haar en een vriendin was de nakende Hemelvaartsdag. De vriendin gaf aan reeds vanavond richting ouderlijk huis te vertrekken aangezien het morgen Hemelvaart zou zijn, een feestdag, en dientengevolge de OV-jaarkaart niet geldig was. Het meisje had hier niet aan gedacht en bedankte haar vriendin voor de terloopse tip. Het gesprek ging nu verder over de jaarkaart. Op feestdagen is de kaart nooit geldig. Het meisje had dit ondervonden op Koninginnedag. Tot zover niets vreemds. Maar toen kwam het. Het meisje sprak nu haar verbazing uit dat ze op 4 mei jl. wél met de OV-jaarkaart had kunnen reizen. 'Ik snap niet waarom 4 mei niet als een feestdag geldt!'...

4 mei is ook een echte feestdag natuurlijk. We herdenken oorlogslachtoffers en gevallenen in WOII en alle slachtoffers van repressie en geweld sindsdien, houden twee minuten stilte en staan stil bij de gruwelen uit de geschiedenis, maar inderdaad: een feestdag. Het betreffende meisje is zeker zo iemand die op 4 mei om 20.00 uur zich verbaasd afvraagt wat die stille samenscholing bij het plaatselijke monument te betekenen heeft. En waarom op Nederland 1,2 en 3 hetzelfde wordt uitgezonden.

Ik hoopte op een vervelende verspreking van het meisje, maar aangezien het dezelfde persoon was die ik eerder al eens hoorde zeggen: 'Ik voel me echt kut. Ik ben helemaal hoofdpijn' liet ik die hoop maar snel varen.

zondag 13 mei 2007

Gedicht

Het tegenlicht splijt de tijd en
mengt mist met de walm van

bemeste akkers waarop voren
de ondergrondse groei verraden

Ik proef de oude lucht van de tijd
en zie in gedachten hoe hij liep op

klompen naar de sla en boerenkool
en volg de geur van maïs en voer

Zij staat voor het raam en ik kuier
terug over de tandjes van de tijd

en lees alles terug in mijn geest
de dagen van gras en van stro

Knersend grint schikt de tijd weer
op zijn plaats en ik zie hen nu staan:

ankers in de tijd, een aleph waarin alle
beelden uit het ooit hun rustpunt vinden

Terwijl ik achterwaarts verdwijn zet ik
in gedachten de klokken stil en voel reeds

voor later een heimwee naar het heden
waarin mijn affectie overuren maakt

woensdag 9 mei 2007

Een gevonden brief

Vanochtend vond ik abusievelijk een brief aan onze premier in de brievenbus. Ik was te nieuwsgierig om hem niet te lezen. De brief bestond uit drie dichtbeschreven velletjes in een slecht leesbaar handschrift. Hieronder volgt de integrale inhoud:

Aan Minister-President J.P. Balkenende,

Excellentie,

Via deze weg wil ik uw hulp inschakelen inzake een zaak op leven en dood die mij recent het dagelijks leven bemoeilijkt. Reeds enkele weken heb ik moeite de slaap te vatten, daar vreeswekkende gedachten mijn brein verontrusten. Laat ik maar meteen zeggen waar het op staat: de laatste tijd heb ik te kampen met een moordenaar in mijn omgeving.

Sinds jaar en dag beschikken wij over een pracht van een vijver. Deze is altijd gevuld geweest met heerlijk zuurstofrijk water waar een school goudvissen in gedijt. De vissen genieten prachtige kleurschakeringen, uiteenlopend van fel oranje tot zwart-oranje-grijs. Zij slijten hun dagen tevreden en loom rondzwemmend in hun veilige haventje. De dieren hebben het onlangs echter moeilijk in hun dagelijkse bestaan. Zij waren eens met velen, maar de hechte groep raakt steeds verder uitgedund. Dag na dag verdwijnen namelijk op mysterieuze wijze vissen uit de vijver. Daar vissen niet geacht worden op eigen kracht zich buiten het gebied van de vijver te kunnen begeven, moet er hier mijns inziens sprake zijn van een verderfelijk sujet dat zich de prachtdiertjes wederrechtelijk toe-eigent en deze vervolgens in koelen bloede van het leven berooft. Kort gezegd is er sprake van een seriemoordenaar.

Nadat onlangs de koning van de school vissen, een potige goudwinde, niet meer in de vijver bleek te resideren bespeurde ik een donkere angst bij de vissen. Zij waren schuw en durfden niet zonder schroom het wateroppervlak te naderen. De dagen daarna verruilden nog twee vissen de vijver voor een onbekende bestemming. De maat was nu vol. Ik besloot op wacht te gaan staan. Vanuit mijn schuilplaats hield ik het water in de gaten om de moordenaar op heterdaad te betrappen. Op een avond was het zover: een zwarte kat sloop naar de vijver, ging op de rand staan, boog voorwaarts, loerde op een vis... Het was slechts aan mijn heldenmoed te danken dat de arme vis gered werd. Ik stormde naar buiten en verjoeg het beest. Die avond keerde het echter nog tweemaal terug.

Zoals u ongetwijfeld zult begrijpen ben ik bang voor het welzijn mijner vissen. De moordenaar is mij echter steeds te vlug af. U gevoelt dat ik hem het liefst een lochte doodschop zou verkopen, maar mijn snelheid is ontoereikend. Ik ben mij ervan bewust indien mijn poging slaagt veel te zullen betekenen voor levende wezens. Ik kan immers minstens twaalf dieren het leven redden, ten koste van één dier dat hoogstens een dagje moeilijk zal lopen. Ik ben echter bang om daadwerkelijk in actie te komen. Dierenactivisten deinzen nergens voor terug in hun terreur. Daarom stuur ik u deze brief onder een valse naam. Ik wil u vragen op te treden inzake de wetgeving omtrent katten. Deze dieren staan te boek als 'huis'dieren, maar bevinden zich slechts incidenteel binnenshuis. De eigenaren denken blijkbaar dat katten meer mogen dan andere dieren. Waar hondenbezitters een vergunning moeten hebben en hun viervoeter aangelijnd dienen te hebben, mogen katten vrij rondlopen, ieders tuin onbeperkt onderschijten en zijn de goudvissen der brave oppassende burger hun leven niet zeker.

Omdat ik het volste vertrouwen heb in uw geschiktheid als grote roerganger van ons landje vertrouw ik erop dat u maatregelen zult nemen tegen deze onrechtvaardigheid. Een verplichte opvoedcursus voor kattenbezitters is wel het minste. Misschien is ook een ophokplicht voor de beestjes een geschikte optie? Ik zal deze in ieder geval toejuichen. Net als mijn in dat geval overlevende goudvissen.

Met de grootste hoogachting,

Prof.dr. Quarcq van Rochel

dinsdag 8 mei 2007

Top 600: (16) Box Car Racer - Cat Like Thief

Beluister het lied

Toen Blink 182 vorig jaar uit elkaar ging, gingen de bandleden hun eigen weg. Mark en Travis startten samen met 2 anderen de band Plus44 en Tom ging verder met Angels & Airwaves. De eerste CD van Plus44 is een juweeltje met prachtige tracks als 'Lycanthrope', 'Little Death' en 'Weatherman'. De CD van Angels & Airwaves weigerde ik te luisteren. Met name omdat ik nog immer boosheid voel t.o.v. Tom vanwege zijn laffe vertrek bij Blink 182, maar ook omdat hetgeen ik van zijn nieuwe project hoorde via mijn broer me niet erg beviel. Gelukkig bezit ik toch een goede CD van Tom-zonder-Blink 182, namelijk het eerste en enige album van zijn zijproject in 2002 samen met Travis, genaamd Box Car Racer.

De CD, die self- of untitled is, week erg af van het geluid van Blink 182 begin jaren 2000. Donkere gitaarritmes, zuinige drums en vooral poëtische teksten. Volwassener dus dan we van de Tom van Blink gewend waren. Box Car Racer is zo'n album dat groeit met de jaren. De liedjes winnen bij elke luisterbeurt aan kracht en elke keer ontdek ik weer nieuwe dingetjes in de teksten en de muziek. Wat ik erg goed vind is het veelvuldig voorkomende procédé van het vaste gitaar- en drumritme in een lied, waardoor de muziek een vaste achtergrond vormt en de nadruk op de tekst komt te liggen. Dit is zo bij 'Watch The World', 'There Is', 'Elevator' en ook de nummer 16 in de Top 600, de lijst der melancholie: 'Cat like thief'.

Het nummer begint met een drumritme van Travis. Na een tijdje komt er een gitaar bij. Deze muziek blijft zo gedurende het gehele lied. De zang wordt behalve door Tom ook verzorgd door Tim Armstrong. Hij doet de coupletten, Tom de refreinen. De tekst is duister en suggestief en de refreinen zijn bijna een gedicht. De combinatie van de stemmen van Armstrong en Tom DeLonge zorgen voor een perfecte balans. 'Cat Like Thief' is een ijzersterk lied dat meer en meer stijgt in mijn achting gedurende de jaren. Daarmee is het exemplarisch voor bijna het hele album. Alleen 'My first punk song' is een buitenbeentje en 'All systems go' staat dichter bij Blink 182 dan bij Box Car Racer, maar dat doet niets af aan het feit dat Box Car Racer een CD is die iedereen moet luisteren.

Hieronder de twee refreinen uit 'Cat Like Thief'. Is het niet net een gedicht?

I wrote it down a list a month ago
16 chapters of one thing you've blown
The best thing yet to help you through and through
That she was I feel her more than you

Call me back when word is that she's gone
Cat like thief she stole air from my lungs
Leave me standing on this lonely grave
I dug it out in case she turns away

zondag 6 mei 2007

Goethe

Donderdag schreef ik een stukje over misverstanden. Vandaag wil ik daar nog een keer op terugkomen. Het betreft een misverstand dat niet zo heel verrassend is, waar een inmiddels al canonieke 'oplossing' voor is en waar ik ook een alternatieve zienswijze op heb die ooit door iemand is geopperd.

Het gaat om de grote Duitse schrijver Johann Wolfgang von Goethe. In 1833 zouden op zijn sterfbed zijn laatste woorden 'Mehr Licht!' geweest zijn. Zelfs in zijn uiterste seconde wist de maestro nog een poëtische smeekbede om meer licht in de duisternis te prevelen. In werkelijkheid zou Goethe letterlijk dit gezegd hebben: 'Mach doch den zweiten Fensterladen auf, damit mehr Licht hereinkomme.' Een profaan verzoek om de gordijnen te openen dus...

Een alleszins redelijke oplossing voor het misverstand. Een interessante variant werd echter naar voren gebracht door mijn docent Duits op de middelbare school, dhr. Louck Everaars. Terwijl hij een rolluik omhoogtrok in het lokaal waar we les hadden, vertelde hij bovenstaande anekdote over de laatste woorden van Goethe. Zijn eigen interpretatie was dat Goethe 'Mir liegt...' had gezegd. In Weimar zou men namelijk vaak 'Mir' als onderwerp gebruiken i.p.v. 'Ich', als in 'mir ist kalt' o.i.d. Goethe had nog iets willen zeggen of gebieden over zijn lighouding, maar de dood was hem voor geweest. Of het waar is is onwaarschijnlijk, maar het feit dat ik de versie van Everaars en het moment waarop hij die vertelde nog met een glimlach herinner toont aan dat het niet zo vreemd is dat hardnekkige misverstanden vaak beklijven door hun poëtische karakter.

vrijdag 4 mei 2007

Bill O'Reilly

Er is waarschijnlijk niemand op deze hele wereld waar ik zo'n dubbelzinnige mening over heb dan Bill O'Reilly. Bekend van zijn talkshow 'The O'Reilly Factor' op Fox vind ik hem het ene moment inspirerend en het andere moment de grootste klootzak.

Laat ik met de pluspunten beginnen. O'Reilly is conservatief, maar geeft daar een andere invulling aan dan het traditionele beeld dat men van conservatief-zijn heeft. Hij is weliswaar voor een strenger immigratiebeleid en een strengere aanpak van drugsdealers, opinies die conservatief genoemd kunnen worden, maar hij mixt deze standpunten met ideeën die traditioneel als 'links' gekenmerkt worden. Te denken valt dan aan zijn opvattingen op het gebied van natuur en milieu, zoals het bestrijden van de opwarming van de aarde en het zorgen voor beheer van natuur en landschap. Ook pleit hij voor een strengere wapenwetgeving in de VS. O'Reilly heeft zelf een mooie oplossing bedacht voor deze ambivalentie in denkbeelden: hij noemt zichzelf geen conservatief, maar een traditionalist. Iemand die ijvert voor het behoud van traditionele normen en waarden en de geschiedenis interpreteert als een voortdurende degeneratie van de zuivere oerbron.

Naast het positieve plaatje van O'Reilly als hierboven geschetst heeft hij ook een donkere kant. Zijn onwankelbare steun voor George W. Bush en diens oorlog in Irak is irritant, net als zijn manier van interviewen. Gasten laat hij zelden uitpraten, hij is nooit bereid naar argumenten van de ander te luisteren en is constant bezig zijn eigen gelijk door te drammen. Een kritische houding t.o.v. Bush wordt niet geaccepteerd en O'Reilly is niet te beroerd de gast in zulk een geval tijdens de reclame uit de studio te laten verwijderen.

Jammer dus dat de talkshowhost O'Reilly zo onuitstaanbaar is, want met zijn ideeënwereld kan ik me grotendeels identificeren. Niet in een hokje geduwd willen worden, maar de 'beste' meningen van links en rechts integreren in een traditionalistisch wereldbeeld. Streng zijn, normen en waarden hoog in het vaandel, maar ook aandacht voor het milieu en sociaal zwakkeren. Onlangs was hij te gast bij Oprah en daar deed hij enkele zinnige uitspraken. Zo stelde hij de schadelijke invloed van gangsterrap op jongeren aan de kaak en sprak hij zijn zorgen uit over het linkse karakter van de elitaire media dat een objectieve journalistiek in de weg staat. Zijn idee van degeneratie werd treffend verwoord door het beeld van de ontwikkeling van de film dat hij gaf. Tegenwoordig wordt de jeugd groot met films waarin ledematen worden afgezaagd en iedereen vindt het normaal. Dat was in zijn tijd ondenkbaar. Oprah maakte het hem flink lastig en ik was blij dat hij in onderhavig geval als gast fungeerde, zodat de discussie scherp bleef. Als hij de host was geweest, was het ongetwijfeld weer op een schreeuwpartij van zijn kant uitgelopen...

donderdag 3 mei 2007

Misverstanden

De laatste tijd heb ik de buitengewoon interessante Encyclopedie van misvattingen van wetenschapsjournalist Hans van Maanen gelezen. De vervreemding is op haar grootst als je ingebakken, haast aangeboren kennis ineens onwaar blijkt te zijn. Zaken waar je nooit over nadenkt en die je zonder meer voor waar aanneemt blijken ineens niet te kloppen. Dat doet je beseffen dat elke vorm van kennis in feite gebaseerd is op afspraken en collectieve subjectiviteit. Om een beeld te geven van deze encyclopedie zal ik tien misverstanden die ook ik voor waar hield hier op een rijtje zetten.

10.Nederland werd bevrijd op 5 mei
In werkelijkheid werden de capitualtiedocumenten pas op 6 mei ondertekend. De vergissing komt voort uit het feit dat de documenten als datum 5 mei hebben en de Duitse opperbevelhebber 24 uur uitstel vroeg.
9.De hoofdstad van Bolivia is La Paz
Altijd gedacht en overal gelezen dat het La Paz is, maar de hoofdstad blijkt Sucre te zijn. In La Paz gebeurt weliswaar alles, maar de hoofdstad blijkt toch echt Sucre te zijn...
8.Schaal van Richter op z'n Duits/Windkracht in Beaufort op z'n Frans
Terwijl men de namen Richter en Beaufort altijd op zijn Duits resp. op zijn Frans uitspreekt blijkt het hier te gaan om de Amerikaan Charles F. Richter en de Brit sir Francis Beaufort. Op z'n Engels uitspreken dus.
7.Dante schreef de Divina Commedia
Dante schreef echter de Commedia. Pas twee eeuwen later werd Divina eraan toegevoegd, omdat men het een goddelijk boek vond.
6.Bij inspanning doet je milt zeer
Altijd te horen gekregen dat de beruchte steek in de zij na een fysieke inspanning een pijnlijke milt was. Dit blijkt echter een ophoping van lucht in de dikke darm te zijn.
5.Filippides liep van Marathon naar Athene en viel dood neer
Naar aanleiding van dit verhaal zou de Marathon in 1896 ingevoerd zijn op de Olympische Spelen. Alleen Herodotus noemt Filippides. Hij liep echter niet naar Athene maar naar Sparta, deed er twee dagen over en viel absoluut niet dood neer bij aankomst.
4.Vincent van Gogh sneed zijn oor af
Op afbeeldingen en in verhalen een onbetwistbaar verhaal. In werkelijkheid sneed hij echter 'slechts' zijn oorlelletje af.
3.Eenmaal scheren is altijd scheren
Dit geloofde ik vooral uit eigen ervaring: toen eenmaal het vlassnorretje eraf ging moest ik me steeds vaker scheren. Toch zijn wetenschappers eenstemmig: de groeisnelheid is onafhankelijk van de lengte van het haar.
2.Eva at een appel in het paradijs en andere Bijbelse kennis
De kennis van de Bijbel is geen onderdeel meer van de opvoeding tegenwoordig en dat blijkt in het aantal misverstanden. De Bijbel spreekt niet van een appel, maar van een vrucht in het algemeen, Adam en Eva moesten het paradijs uit omdat ze de boom der onsterfelijkheid dreigden te ontdekken, Jona zat niet in een walvis, Maria had meer kinderen dan alleen Jezus, Jezus werd niet op 25 december geboren, de 3 koningen kwamen niet uit het Oosten, waren geen koning, waren niet met z'n drieën enz......
1.Albinoni schreef het Adagio
Dit was de grootste schok. Tomaso Albinoni (1671-1750) staat bij mij in hoog aanzien met zijn schitterende Adagio in g-klein voor orgel en strijkers dat mij elke keer kippenvel bezorgt. Maar wat blijkt nu? Albinoni is niet de componist, maar de 20e-eeuwse musicoloog Remo Giazotto. Hij was biograaf van Albinoni en beweerde met het Adagio een schets van Albinoni te voltooien, maar ook dat is niet zeker, omdat het vermeende origineel niet teruggevonden is.
Inderdaad een schok dat een vermeend meesterwerk eeuwen later door de biograaf van de meester is gecomponeerd. Net als Max Havelaar ineens niet door Multatuli maar door zijn biograaf Dik van der Meulen geschreven blijkt te zijn...