zaterdag 31 mei 2008

[Euro 2008] Groep B

Met het EK in het vizier vliegen de prognoses ons om de oren. Zoggel waagt zich niet aan een voorspelling, maar kan het niet laten te analyseren. In de week die ons nog scheidt van Euro 2008: vrijmoedige overpeinzingen bij de deelnemende landen. Vandaag: Groep B.

Oostenrijk O, Oostenrijk. Zelden zal een organiserend land in zo een naargeestige stemming de eindronde tegemoet hebben gezien. Leven in de harten van de Zwitserse buren vooral zelfvertrouwen, ambitie en enthousiasme, bij de Oostenrijkers heersen angst, zelfmedelijden en mismoedigheid. De nationale trots is namelijk van een dermate laag niveau dat de kans op falen welhaast honderd procent is. Grote nederlagen liggen op de loer. Een landelijk dagblad pleitte zelfs zonder blozen voor terugtrekking van het team. Armetierigheid in de Alpen. En toch is er ergens nog dat schemerige visioen van een mundus inversus. Een wereld waarin reputaties sneuvelen, een vaderlandse bodem wonderen doet en anonieme ploeteraars uitgroeien tot onvervaarde reuzendoders. In een land dat beheerst wordt door horrorverhalen over een ultieme slechterik en slachtoffers in donkere kelders, vinden superhelden in de regel emplooi.

Kroatië De naam Eduardo da Silva klinkt niet erg Kroatisch. Hij doet eerder denken aan een swingende sambavoetballer op de stranden van Rio de Janeiro dan aan een blokkige broodvoetballer in de betonnen wijken van Zagreb. Eduardo is een hybride. Hij vertrok op 17-jarige leeftijd naar de Kroatische hoofdstad, trotseerde de vrieskou en dwong behalve een contract ook een paspoort af. Vorig jaar betekende een transfer naar het glamoureuze Arsenal een internationaal podium voor Braziliaans-Kroatische virtuositeit. In dienst van Kroatië legde hij Engeland op de pijnbank: Kroatië naar de Alpen, Engeland bleef op het eiland. Het Kroatische volk visualiseerde reeds een eindronde waarin de roodwitgeblokten onder aanvoering van Eduardo de harten van de liefhebbers zouden veroveren. Noodlot besliste anders. Eduardo werd slachtoffer van een oudengelse houthakker en brak zijn scheenbeen op gruwelijke wijze. Deze zomer staan dan ook op het wedstrijdformulier traditionele namen als Klasnic, Olic en Kovac.

Duitsland 'WM 2006' zou de definitieve acceptatie van de Duitsers door de rest moeten initiëren. Een maand lang ontving het Duitse volk ongeëvenaard gastvrij de voetbalwereld. Sportieve concurrentie is echter een hardnekkig fenomeen. Een wereldtitel naderde, maar Italië sloeg de Duitse droom aan diggelen. De wereld haalde opgelucht adem. Twee jaar later is de kwaliteitsarmoede zichtbaar. Nietszeggende namen als Fritz, Westermann en Rolfes dragen de rugnummers 4, 5 en 6. En toch is die Mannschaft volgens de bookmakers dé topfavoriet voor de eindoverwinning. De meest scherpe definitie van 'voetbal' luidt immers: een spel van twee keer vijfenveertig minuten en aan het eind winnen de Duitsers. De loting plaatste Duitsland alvast in de makkelijkste poule. De concurrentie knarste de tanden. Beruchte kutjanussen als Matthaüs, Effenberg en Jeremies zijn er niet meer bij. De huidige spelers hebben zowaar menselijke gezichten, de afzichtelijke tronie van Schweinsteiger (what's in a name) daargelaten. Noem het rivaliteit, noem het een minderwaardigheidscomplex. Van geen land wint men echter liever dan van recordhouder Duitsland.

Polen Door helden als Dick Advocaat en Guus Hiddink is de Nederlandse voetbaltrainer een succesvol exportproduct. Ook Leo Beenhakker draagt zijn steentje bij aan de hausse. Twee jaar terug leidde hij de nobele wilden van het exotische Trinidad en Tobago naar de wereldkampioenschappen. Nu heeft hij de Polen naar hun eerste EK-eindronde geloodst. Toplanden als Portugal en Servië moesten buigen voor de Poolse furie. En in poule B is Don Leo allesbehalve kansloos. De Duitsers zijn log, de Kroaten onthoofd, de Oostenrijkers machteloos. Polen heeft zich in een relatieve luwte kunnen voorbereiden en kent geen vedetten. Een hecht collectief is het geheim. In een tijd waarin Polen massaal naar Nederland gaan, bewandelde Beenhakker de omgekeerde weg. En een salto maken vanaf een bierkratje kan hij dan wel niet; stunten behoort zeker tot de mogelijkheden.

donderdag 29 mei 2008

[N64]: V-Rally 99

Vorig jaar besprak ik a.d.h.v. de top 25 van een zelfgemaakte lijst de muziek uit mijn jeugd. Dit jaar een tweede serie in de categorie 'wenken voor een toekomstige biograaf' met als onderwerp de Nintendo 64-games. Met welke spellen bracht ik menige regenachtige middag (maar ook als de zon scheen) op mijn kamertje door? Geen toplijst deze keer, maar in chronologische volgorde en in interviewvorm. In aflevering 5: V-Rally 99.

Bij het inlezen voor dit interview stuitte ik op een exemplaar van N64 Magazine waarin het spel dat vandaag aan de orde is - V-Rally 99 - in de Directory flink geprezen werd. Het tijdschrift deelde een 'Star Game badge' uit en beoordeelde de game met een 90%-score. W hebben dus te maken met een meer dan puike game?
Volgens N64 Magazine wel, ja. Toen ik V-Rally 99 voor een zacht prijsje aantrof in de winkel besloot ik op gezag van het tijdschrift het spel aan te schaffen. N64 Magazine had ik heel hoog zitten, het was een schitterend blad met prachtige rubrieken en enorme, over vele pagina's uitgesmeerde reviews. Ik ging dan ook met hoge verwachtingen aan de slag.
Maar?
Ik kwam bedrogen uit. V-Rally 99 bleek een niet zo bijster interessante, zeer matige game te zijn. Later ontdekte ik dat N64 Magazine pas in het Nederlands was verschenen toen V-Rally 99 al lang verschenen was. De beoordeling is dan ook gebaseerd op de review in de Engelse versie van het blad en blijkbaar klakkeloos vertaald.
Wat viel er dan zo tegen aan de game?
In de Directory wordt het spel omschreven als 'een "arcade" racer voor de N64 die het op kan nemen met de beste PlayStation racers. Snel, woest en moeilijk. Fantastisch.' Snel is relatief: op het dashboard, ja. In-game leek het echter nergens op. Moeilijk klopt zeker. Het is geen sinecure om de auto in bedwang te houden. Daarin schuilde een positief aspect: je moest flink je best doen om een acceptabel resultaat neer te zetten en na verloop van tijd lukte dat ook steeds beter.
Het racen was dus het probleem niet?
Toch wel. Je kon dan zelf wel je vaardigheden verbeteren, het spel, of beter: de omgeving werkte niet mee. Zo leek alles buiten de grenzen van de baan wel van gewapend beton. En belandde je enigszins in de berm en stond daar een piepklein paaltje, dan stuiterde je terug (achteruit) de baan op, alsof je zojuist een flipperkast was binnengereden. Ook je navigator was vaker misleidend dan behulpzaam. Soms schreeuwde hij 'hard right' en bereidde je je voor op een scherpe bocht naar rechts. Die bleef echter achterwege, of het moest die nauwelijks merkbare flauwe knik naar rechts zijn geweest. Een andere keer tipte hij 'easy right' en bleef je vol gas geven, je voorbereidend op een snelle bocht. Vervolgens bleek het echter om een scherpe draai te gaan en tolde je weer eens in de rondte.
Geen denderende gameplay dus. Wat vond je van de graphics and de sounds?
Abominabel. De graphics waren korrelig, flets, lelijk. N64 onwaardig. De achtergronden waren helemaal een ramp: een bruine brij waarin niets te onderscheiden viel. Over de muziek is weinig te vertellen: die was er eigenlijk niet. Af en toe viel er een klank waar te nemen. Bij nader inzien had ik in de gedichtencyclus over minimalistische muziek ook best de compositie V-Rally 99 als inspiratiebron kunnen gebruiken.
Speel je V-Rally 99 nog wel eens?
Zelden tot nooit. De game mist simpelweg de aantrekkingskracht. Een willekeurig exemplaar van N64 Magazine sla ik trouwens nog wel regelmatig open.

dinsdag 27 mei 2008

[Euro 2008] Groep A

Met het EK in het vizier vliegen de prognoses ons om de oren. Zoggel waagt zich niet aan een voorspelling, maar kan het niet laten te analyseren. In de twee weken die ons nog scheiden van Euro 2008: vrijmoedige overpeinzingen bij de deelnemende landen. Vandaag: Groep A.

Portugal Wie Portugal zegt, zegt Cristiano Ronaldo. Vrouwen zwijmelen bij zijn zelfverzekerde charmeursgezicht. Mannen mijmeren over dubbele scharen en vlijmscherpe doelpogingen. Gelijk een fadodanser zweefde Ronaldo het voorbije voetbaljaar over de velden, stugge Engelse verdedigers degraderend tot hopeloze ploeteraars. Hij bekroonde een goddelijk seizoen met de Champions League. Een EK-titel met Portugal zou perfectie welhaast een aardse aangelegenheid maken. Maar resteert er nog voldoende kracht in de glanzende kuiten van de Madeirese wonderboy? De stuntelige misser in de beslissende penaltyreeks vorige week in Moskou kan een veeg teken zijn. De aanloop stokte, de motor pufte, het perpetuum mobile kwam na een jaar dan toch nog tot stilstand. Vindt hij nog een restje kwikzilver, dan kan Ronaldo de Portugezen tranen van vreugde brengen.

Zwitserland De blik naar binnen is een gefixeerde: Zwitsers doen nergens aan mee. Nu openen zij dan toch drie weken lang de armen en ontvangen de crème de la crème van het Europese topvoetbal. Alleen de Engelsen blijven thuis; de Zwitsers halen opgelucht adem en gaan verder met hun dagelijkse beslommeringen. Slechts een klein deel kijkt reikhalzend uit naar sportief succes. Niet EPO, niet nandrolon, maar thuisvoordeel is nog altijd het beste dopingmiddel. Een jonge, gretige groep slijpt de messen. Maar helaas, de mentor ontbreekt: Blaise Nkufo, wonderspits en wijsgeer, moet verstek laten gaan wegens een kwetsuur. Geen sokratische dialogen dus, voorafgaand aan de wedstrijd. De jeugd moet zelf op zoek naar waarheid en overwinning.

Tsjechië Hoe kunnen stoffige Tsjechen schitteren? Het mooiste voetbal kwam de laatste jaren dikwijls van de magiërs uit het grauwe Tsjechië. De virtuoze Rosicky in een kaats met de satijnen Poborsky. De subtiele pass op de wervelende Baros. De voorzet en de eenvoudige knik van de goliathgelijke Jan Koller. Niks geen roestige Tatra's; de Tsjechen scheurden als flitsende BMW's over de velden. Maar Poborsky is met pensioen en Rosicky is gestrand. Koller staat nog steeds in de spits, als een stramme boom met zijn wortels voor eeuwig vastgeklonken in de grond van de zestienmeter. Zijn nieuwe adjudant is de bonkige Sionko. De ster staat evenwel in het doel: Petr Cech, sinds een ongelukkige botsing vergezeld van een onafscheidelijke waterpolomuts. Mocht het gaan stortregenen, dan is Cech alvast in zijn element. Het toernooi wordt in juni gespeeld, dus geen maartse buien. Maar wie weet een nieuwe Praagse lente.

Turkije November 2005. Turkije moet in een kolkend Istanbul met drie doelpunten verschil winnen van Zwitserland om zich te plaatsen voor het WK in Duitsland. De missie faalt: het wordt 4-2, Zwitserland naar Duitsland, geen claxongeluiden en Turkse vlaggen in de Nederlandse straten. De Helvetiërs - de ganse wedstrijd geprovoceerd, beschimpt, bekogeld - spoeden zich wijselijk richting spelerstunnel. Daar staat de Turkse verzorger. De korte, dikke waterzakdrager lapt een Zwitser pootje. Diens teamgenoot reageert met een schopje. De hel breekt los. Turkse spelers vliegen als kamikazepiloten op de Zwitsers af en vellen deze met welgemikte high kicks. De belaagde Zwitsers laten zich ook niet onbetuigd. De als vanouds heetgebakerde Turken laten zich van hun slechtste kant zien en zweren wraak. Tweeëneenhalf jaar later: de loting voor Euro 2008. Het lot verbindt Turkije met Zwitserland. Datum en tijd staan in de agenda van elke Turk: Basel, woensdag 11 juni, 20.45 uur: Zwitserland - Turkije.

zondag 25 mei 2008

Shak(e)speare

Henry Cavendish was behalve een briljante natuurkundige ook een ontzettend verlegen persoon. Zo verstopte hij zich regelmatig in zijn eigen huis om zijn bediende(n) te ontlopen en kreeg hij in gezelschap van andere wetenschappers niet meer dan enkele nauwelijks te identificeren klanken uit zijn keel. Een vindingrijke ontdekking als het bepalen van het gewicht van de aarde bleef lange tijd onbekend voor andere wetenschappers, puur en alleen omdat Cavendish hun zijn ontdekking niet kon vertellen.

Anekdotes als de bovenstaande maken verhalen en geschiedenissen over wetenschap extra interessant. Die over Cavendish herinner ik me uit Bill Brysons Een kleine geschiedenis van bijna alles. Bryson is het voorlopige culminatiepunt van het rijtje bevlogen schrijvers Stephen Jay Gould - Brian Greene - Richard Dawkins dat de moeilijke materie van de natuurwetenschappen op boeiende wijze aan niet-ingewijden weet te presenteren. Een kleine geschiedenis van bijna alles is wat dat betreft terecht een wereldwijde bestseller geworden.

Nu heeft Bryson zich ook op de geesteswetenschappen gestort, in de vorm van William Shakespeare. De afgelopen week las ik het resultaat: Shakespeare. Een biografie. Het schrijven van het natuurwetenschappelijke Een kleine geschiedenis van bijna alles zat hem kennelijk nog in de vingers, getuige deze prachtige formulering: Shakespeare is 'een soort literair equivalent van een elektron - hij is er altijd, maar ook weer niet.' Bryson heeft deze biografie geschreven om eens een balans te presenteren van wat 'we' nu na duizenden onderzoeken eigenlijk over Shakespeare weten. 'En dat is natuurlijk één reden dat het niet zo heel dik is geworden' merkt hij dan haast verontschuldigend op. Met 189 pagina's is dit inderdaad een dunnetje vergeleken met Een kleine geschiedenis van bijna alles. Zo heel veel is er over het leven van Shakespeare dan ook niet te vertellen. De documenten zijn schaars en bovendien nog dikwijls vals, onduidelijk of ambigu ook. Neem alleen de naam al. De handtekeningen die van de schrijver bewaard zijn gebleven laten alle vormen zien, behalve diegene die gecanoniseerd is: 'Ze laten zich lezen als "Willm Shaksp", "William Shakespe", "Wm Shakspe", "William Shakspere", "Willm Shakspere" en "William Shakspeare". Eén spelling waarvan hij zich niet bediende is merkwaardig genoeg de spelling geworden die tegenwoordig universeel met zijn naam verbonden is.'

Bryson schroomt niet veelvuldig aan te geven wat we niet weten over Shakespeare. Die informatie beslaat het grootste gedeelte van het boek. De weinige feiten die wél bekend zijn somt hij vlotjes op en hij plaatst deze in de historische context van het Engeland van eind zestiende -begin zeventiende eeuw. Ook nu is het metaverhaal (over de onderzoekers die onderzoek deden naar de persoon Shakespeare) erg vermakelijk. Zo schreef Shakespearevorser Charles Wallace eens over zo'n onderzoeker: 'Vóór zijn onderzoeken [...] werd bijna vijftig jaar lang gedacht en gedoceerd dat we alles over Shakespeare wisten wat we ooit te weten zouden komen. Zijn opmerkelijke ontdekkingen hebben daar allemaal veranderig in gebracht [...] en hebben de Amerikaanse wetenschap eeuwige roem verschaft.' De onderzoeker die hier geprezen wordt is... Charles Wallace.

Ook al weten we schrikbarend weinig over Shakespeare, over het feit dat hij al die hoogstaande werken heeft geschreven is men het wel eens. Ook Bryson laat er geen misverstand over bestaan dat alle theorieën die iemand anders naar voren schuiven lariekoek zijn. Francis Bacon wordt het vaakst genoemd. Vermakelijk zijn de voorbeelden van formules, vergelijkingen en woordritsels die zijn toegepast, 'als een soort letterplankje in een spiritistische seance', om te 'bewijzen' dat Shakespeare Bacon was. Vooral in de categorie 'anagrammen' was men inventief. Zo ontdekte sir Edwin Durning-Lawrence, schrijver van Bacon is Shakespeare, dat het gelegenheidswoord 'honorificabilitudinitatiubus' uit Love's Labour's Lost kon worden omgezet in het anagram 'Hi ludi F. Baconis nati tuiti orbi'. De vertaling van deze Latijnse hexameter is dan: 'Deze stukken, kinderen van F.Bacon, zijn voor de wereld bewaard.'

Eén kandidate, zo moet ook Bryson erkennen, maakt nog steeds kans: Mary Sidney, gravin van Pembroke. Haar auteurschap 'verklaart waarom de First Folio [met de verzamelde stukken] was opgedragen aan de graven van Pembroke en Montgomery: dat waren haar zoons.' Verder was ze 'geleerd, en ze had goede connecties: Robert Dudley, de graaf van Leicester, was een oom van haar, en sir Philip Sidney, de dichter en beschermheer der dichters, was haar broer. Ze verkeerde veel en vaak in het gezelschap van letterkundig aangelegde mensen, onder wie Edmund Spenser, die een van zijn gedichten aan haar opdroeg. Het enige dat eraan ontbreekt om haar in verband te brengen met Shakespeare is enig verband met Shakespeare.' Die laatste zin is een beetje raar. Als Shakespeare een pseudoniem is, is de grootste kandidaat inderdaad een vrouw die een mannelijke nom de plume zocht om literair serieus genomen te worden.

De grootste kandidaat is echter nog steeds 'gewoon' Shakespeare zelf, zo wordt wel duidelijk uit Shakespeare. Een biografie. The Times Literary Supplement vond 'het koppelen van Bryson aan Shakespeare [...] een goede keus.' Daar sluit ik me bij aan. Laten we hopen dat Bryson nog erg lang 'grote' onderwerpen mag populariseren.

dinsdag 20 mei 2008

Kampioenen

Echt voetbal

Afgelopen weekend was in meerdere opzichten een mooi voetbalweekend. FC Twente hield Ajax in de ArenA op 0-0 en bereikte zo de voorronde van de Champions League. De Tukkers verdienen het om het eens op het hoogste podium te proberen. Zij bouwen al jaren aan een sterk team en - belangrijker nog - een gedegen, betrokken organisatie. Het argument dat het beter voor het Nederlandse voetbal is als Ajax de voorronde mag spelen, gaat niet meer op na de faliekante mislukkingen tegen respectievelijk FC Kopenhagen en Slavia Praag.

Ook in Den Haag viel het dubbeltje de juiste kant op. ADO Den Haag promoveerde ten koste van RKC Waalwijk naar de eredivisie. De Hagenezen maken in alle opzichten meer aanspraak op een startbewijs in de hoogste afdeling dan de Waalwijkers: een prachtig nieuw stadion, een fanatieke, levendige achterban, een slapende reus uit een grote stad.

Iets minder echt voetbal

De grootste prestatie werd echter geleverd in de virtuele voetbalwereld. In mijn vorige tussenbalans meldde ik trots dat de FC TOP Oss bovenaan stond. Een serie nederlagen deed vervolgens echter het kampioenschap vervliegen. In het nieuwe seizoen ging het vanaf dag 1 crescendo. Afgelopen zondag werd ik dan ook - twee wedstrijden voor het einde - kampioen van de zesde divisie. Door slechts één keer gelijk te spelen en verder alles te winnen werd de titel met een straatlengte voorsprong behaald:

1.FC TOP Oss 12 - 34
2.FC Baloverhetdak 12 - 24
3.Perfect Circle 12 - 23
4.FC Goofy 12 - 22
5.Heman and the N00bs 12 - 15
6.FC Papecity Heroes 12 - 12
7.FC Tictac 12 - 10
8.FC Kaal 12 - 0

Zondag volstond de benauwde 0-1 bij Perfect Circle om de champagne te ontkurken. Spelverdeler Jaap van Ewijk tekende voor de winnende treffer. Uit het persbericht: '...Feestelijke taferelen op het veld en op het uitvak. De leden van de technische staf vielen elkaar huilend in de armen, de spelers waren door het dolle heen, de supporters hielden niet op met feesten en springen.' De sleutel van het succes ligt in de homogeniteit van het team. In geen enkele linie was FC TOP de beste, maar het team kende ook geen enkele zwakke plek. De verdediging was haast onpasseerbaar (slechts 11 tegengoals), het middenveld slaagde er vaak genoeg in voldoende balbezit te vergaren om vervolgens kansen te creëren en in de spits was Ronald van Bon goed op dreef met 12 doelpunten (1 op 1).

Enkele reacties:
Coach Freddy Roelens: 'Amai, het is de plezantste dag uit mijn leven. Ik ben ontzettend fier op de ploeg. Voorafgaand aan het seizoen viseerde ik een plaatsje bij de eerste drie, van een kampioenschap durfde ik niet te dromen. Maar bon, wij hebben het zeker en vast verdiend!'
Spits Ronald van Bon: 'We hebben een hechte ploeg, iedereen gaat voor elkaar door het vuur. Dat is belangrijker dan individuele kwaliteit.'
Middenvelder Joaquin Cenador: 'I zink we had very much luck zis year, but we deserve victory.'
De tegenstander PC: 'PC is er klaar mee. Naast de vele blessures en rode kaarten weer ongeloof bij PC: weer op de meeste fronten beter en geen kans gehad. Klopt geen ruk meer van dit spel!'

Eén overwinning in de resterende twee wedstrijden volstaat nu voor directe promotie. Anders moet promotie afgedwongen worden via play-offs. Wanneer we promoveren werpt de vraag zich op of er versterkingen aangetrokken moeten worden. De prioriteit lijkt te liggen bij een nieuwe keeper en een nieuwe spits. Laten we afwachten wat financieel mogelijk is. Eerst wordt het kampioenschap gevierd d.m.v. een huldiging zondag na de thuiswedstrijd tegen Papecity.

Het EK

Na een korte pauze begint de koorts weer door Nederland te gieren: het Europees Kampioenschap nadert. Uiteraard zal Zoggel dit niet onbecommentarieerd voorbij laten gaan. Om in de stemming te komen alvast de EK-hit van het moment. Een typisch EK/WK-liedje: abominabele tekst, maar perfect voor in de kroeg en uitermate geschikt om mee te blèren.


zondag 18 mei 2008

Het volgende kabinet is een zakenkabinet

In dictaturen werden en worden dissidenten dikwijls van hun bed gelicht. Ook kunstenaars zijn daarbij vaak de pineut als zij zich in woord en beeld kritisch uitlaten over de maatschappelijke verhoudingen. Vrijheid van meningsuiting mag de (partij)ideologie niet in de weg staan. Ook Nederland kan er wat van, zo is gebleken. Hier is het echter niet de AIVD, maar het OM, met als eindverantwoordelijke Minister Ernst Hirsch Ballin, dat het debat over de vrijheid van meningsuiting verder op scherp heeft gezet door cartoonist Gregorius Nekschot door een pelotonnetje politie van zijn bed te laten lichten.

Nekschots cartoons zijn messcherp, uitdagend, vaak op en soms over het randje. Maar dat mag, dat is wat kunst soms doet. Kunst is een bijzondere module in de werkelijkheid. Zij stelt zaken aan de orde die bij andere gelegenheden zoals politiek en journalistiek om uiteenlopende redenen niet aan de orde mogen en kunnen komen. Een kunstuiting is herkenbaar als een kunstuiting door haar vorm en presentatie. In je hoofd word je mentaal getriggerd om deze uiting vervolgens als zodanig te bezien, te overdenken en er een oordeel over te vormen. Dat bij fanatici en waanzinnigen door permanente kortsluiting de knop niet wordt omgezet, is bekend. Dat echter ook de Nederlandse regering nog immer besmet is met een mentaal virus, is zorgwekkend. Misschien is dit hèt moment om de kunst los te koppelen van de vrijheid van meningsuiting en een aparte vrijheid van kunstuiting in de grondwet op te nemen.

De verantwoordelijken voor de arrestatie hebben de mond vol van politiek correct handelen door het OM. 'Politiek correct', een kwalijk begrip, want in feite een contradictio in terminis. Politiek is per definitie incorrect, draait om macht en geld, om partij A behagen en daarmee partij B teleurstellen. In deze zaak wordt het begrip gebruikt om de werkelijkheid te ontkennen. In Denemarken werd cartoonist Kurt Westergaard dapper in woord en daad in bescherming genomen tegen de barbaren, in Nederland wordt de cartoonist omstandig in het gevang gegooid. Een private dagvaarding was blijkbaar niet mogelijk. Men vond het nodig de grootst mogelijke ruchtbaarheid aan de zaak te geven. Gevolg is dat de internationale gemeenschap, inclusief de Arabische, nu bekend is met de zaak. Nederland is laf en ziek, zo wordt wijd en zijd gediagnosticeerd. In Islamitische landen zal het rood-wit-blauw tevoorschijn komen, en niet vanwege het naderende EK voetbal.

Het CDA beweegt zich richting een vrije val door deze zaak. Hirsch Ballin toont zich een lafhartige minister en ook de grote leider verliest langzaamaan mijn vertrouwen. Stemde ik bij de vorige verkiezingen nog zeer bewust op het fatsoenlijke, bedachtzame CDA en de steeds beter wordende Balkenende, nu moet ik tot mijn grote spijt op mijn schreden terugkeren. In een toespraak voor alle kameradski's op de als 'familiedag' gelabelde partijdag van de SP noemde Jan Marijnissen hem een onzichtbare leider. En daar heeft Marijnissen wel gelijk in. Collega Sarkozy is overal, is bij de gebeurtenissen aanwezig, geeft leiderschap een gezicht. Balkenende is vooral afwezig en is nu zelfs kandidaat om af te vloeien naar de onontwarbare bestuurlijke kluwen die Europa/Brussel heet.

Maatschappelijke problemen zijn groter dan ooit. De samenleving bestialiseert, mensen staan elkaar naar het leven. Vrijheid van meningsuiting en vrijheid van geloof zitten elkaar steeds meer in de weg. Economie en milieu vormen groeiende probleemgebieden die ook nog eens met elkáár collideren. De handelsconcurrentie neemt toe, maar een zuchtende planeet vraagt om even grote aandacht. Echter, nog immer hebben ideologie, fanatisme en partijpolitiek de touwtjes in handen. De neiging is sterk om Rita Verdonk de regie te geven. Zij wil daadkracht en actie, maar heeft nog geen concrete oplossingen gepresenteerd. De gevestigde orde zegt oplossingen te hebben, maar mist de daadkracht om deze te verwezenlijken. (De 'daadkracht' die tentoongespreid werd bij de arrestatie van Nekschot verdient dit label niet.) Wanneer Verdonk de kans krijgt om haar stevige taal waar te maken, weten we meteen hoeveel realisme erin schuilt. Het beste zou zijn om haar en haar 'beweging' te accepteren en te tolereren. Dus niet onschadelijk proberen te maken en de mens Verdonk 'demoniseren', maar de kans op verandering met het volle verstand benutten. Wie zou daartoe in staat zijn? Misschien één man.

Een andere hype is Alexander Pechtold, de retoricus die het hersendode D66 weer heeft doen herademen. Pechtold praat makkelijk, presenteert zich als een intellectueel met een scherp inzicht in de zwakke en rotte plekken bij alle andere partijen. Maar heeft hij wél oplossingen? Wat betekent D66 in de veranderende constellatie? De partij kampte jarenlang met het fundamentele probleem van een kleine middenpartij: zij helde dan eens naar links en kreeg een klap van rechts, kantelde berouwvol weer naar rechts en kreeg een schop van links. D66 was een klaploper in het spel en daar loopt het slecht mee af. Met Pechtold lijkt de partij definitief voor links te kiezen en dat is misschien wel een gouden greep. Links heeft tegenwoordig immers veel weg van een kermis op een kerkhof, met de terminale PvdA (Pal voor de Afgrond) als begraafplaats waarop het Sociabel Populisme van de SP en het wezenloze GL (GááááápLinks) respectievelijk als opwindende maar gevaarlijke en veilige maar inspiratieloze attractie fungeren. D66 heeft daar veel speelruimte, kan de verdorde grond weer vruchtbaar maken en nieuwe bezoekers (lees: potentieel electoraat) aantrekken.

Wat zou het opleveren als Pechtold en Verdonk eens ophielden elkaar te bestrijden en in plaats daarvan toenadering zochten tot elkaar? Niet meer een crashtest van botsende ego's, maar een stevige samenwerking waarbij de twee elkaar in evenwicht houden en zo ervoor zorgen dat de scherpe kanten aan beide kanten geen kans krijgen etterende snijwonden te veroorzaken. Een zakenkabinet Pechtold-Verdonk met op het ene gebied een 'linkse' aanpak, op het andere een 'rechtse', maar altijd een daadkrachtige. Niet altijd dat voortbroddelende pappen en nathouden, veroorzaakt door een structurele politieke onbalans, maar rationele beslissingen door onafhankelijke deskundigen. Een zakenkabinet met bestuurders aan het roer die niet gehinderd worden door zaken als partijpolitiek en -ideologie. Die de concrete plannen meteen aan de Tweede Kamer presenteren, alwaar Pechtold en Verdonk de democratische gang van zaken bewaken en voorkomen dat elk voorstel bij voorbaat stukloopt op partijpolitieke tegenstellingen.

Daadkrachtig links en daadkrachtig rechts in balans. Met als nettoresultaat het pragmatische midden. En dan niet meer dat traditionele midden als optelsom van alle middenposities en bijbehorende logge besluitvorming, maar een midden als optelsom van daadkrachtige handelingen. Misschien is het ondoenlijk door de te grote ego's, maar geef het een kans. Want zoals Herman Finkers al wist: 'ondoenlijk is ook doenlijk, want onweer is ook weer.'

Zaterdagnachtelijk

Was de eerste zaterdagnachtwijsheid nog een wijsgerige exercitie, gisteravond kwamen zaterdagnachtfilosofen D.-J. Aevendonck (Duns Hinthamus) en Adrianus Zoggelus (neogeulincxiaan) tot de meest doorgrondelijke wijsheid tot op heden. Een aforisme dat nochtans even helder als diepzinnig is:

Meisjes van zestien blijven meisjes van zestien, jongens van zestien worden ouder









donderdag 15 mei 2008

De 23

Onze kale bondscoach Marco di Basta maakt binnenkort bekend welke 23 spelers ons land mogen gaan vertegenwoordigen op het EK in Oostenrijk en Zwitserland. Momenteel komen 30 spelers nog in aanmerking. Zoggel helpt San Marco een handje en presenteert de definitieve selectie.

Doel
Edwin van der Sar (IJskonijn met brede oren heeft er weer een landstitel bij. Onbetwistbaar betrouwbaar)
Maarten Stekelenburg (Talent met gebreken, niettemin beste tweede keeper)
Henk Timmer (Ach, de derde keeper eindigt altijd op 0 speelminuten)
Afvaller: Sander Boschker (Held in Tukkerland, marginaal daarbuiten)
Verdediging
André Ooijer (Kan nuttig blijken wanneer alleen een elleboog Luca Toni nog kan stoppen)
Mario Melchiot (Wie? O ja, Melchiot. Tsja, Ulrich van Gobbel speelde ook ooit in Oranje)
John Heitinga (Goed seizoen gedraaid ondanks rotkop; verdediger die kan aanvallen)
Wilfred Bouma (Held! Speknek, Blik in de ogen van waar-ben-ik-in-vredesnaam, maar wel een onverstoorbare topverdediger)
Joris Mathijsen (Tsja, niet echt een onverstoorbare topverdediger, maar je moet wat)
Tim de Cler (Degelijke linksback, moet Winston Bogarde doen vergeten. Ware het niet dat die reeds vergeten is)
Afvallers: Urby Emanuelson (Zucht...), Kew Jaliens (AZ-verdedigers zijn aan vakantie toe)

Middenveld
Giovanni van Bronckhorst
(Ervaren, kan ook linksback. Of op de bank)
Orlando Engelaar (Onderschatte linkspoot, fantastisch seizoen gedraaid)
Nigel de Jong (Je moet wat, Seedorf doet niet mee...)
Denny Landzaat (Je moet wat, Seedorf doet niet mee...)
Wesley Sneijder (Scheidsrechters, hoedt u! Kabouter met vlammend schot, scherp inzicht en grote waffel)
Rafael van der Vaart (Dikkerdje met oma in Spanje; moet nu maar eens leiderschap tonen)
Demy de Zeeuw (Enige AZ'er die ik blind vertrouw; die satijnen steekpass hè...)
Afvallers: Hedwiges Maduro (Verander eerst maar eens die voornaam), Ibrahim Affelay (Klootzakje, begint te veel praatjes te krijgen), Clarence Seedorf (is verhinderd)

Aanval
Dirk Kuijt (Sleuren, trekken, zwoegen, tackelen; nu het scoren nog)
Klaas Jan Huntelaar (Nationale Lama: specialiteit is spugen, gem. 3947 keer per wedstrijd. Kan ook scoren trouwens)
Ruud van Nistelrooy (Superspits, scoort altijd en overal)
Robin van Persie (Dubieuze reputatie, heerlijke vrije trap)
Arjen Robben (Voormalige dribbelaar; speelt tegenwoordig verdienstelijk amateurtheater)
Jan Vennegoor of Hesselink (Hesselink is de stormram, de pinchhitter. En die zullen we nodig hebben)
Ryan Babel (Plus: snel, hard schot; Min: kijkt naar de grond, schiet altijd keihard over)
Afvaller: Danny Koevermans (Mwah... bovendien: waarom zou je vier centrumspitsen meenemen?)
Ja, ik hoor de Fransen, Italianen en Roemenen al bibberen!

zondag 11 mei 2008

Encyclopedie van de somberheid (2)

2. Hans Dorrestijn
Wie somberheid zegt, zegt Hans Dorrestijn. Deze sombermans is misschien wel dé verpersoonlijking van deze stemming. Zwartgalligheid typeert zijn gedichten, liedjes en voorstellingen. En toch is hij ook meteen exemplarisch voor het feit dat somberheid en humor uitstekend samengaan. Een voorbeeld is zijn korte gedicht 'Bij mijn vijftigste verjaardag': 'God, wat is het leven prachtig / Nog dertig jaar dan ben ik tachtig'. Zijn somberheid heeft dikwijls betrekking op zaken als het huwelijk en de liefde. Zijn motto luidt 'De vrouw is een geschenk van God, al gaat de man eraan kapot.' Bij Dorrestijn heeft de somberheid niet zelden trekken van een noodzakelijke houding om te overleven. Typerend is zijn uitspraak over het positieve aspect van zijn somberheid: 'Mijn leven is een aaneenschakeling van meevallers'. Mooi is zijn opvatting van de somberheid als nuttige, productieve stemming. Als het dan eens meezit is, voelt de situatie ongemakkelijk aan en is er heimwee naar de somberte, bijv. in 'De wanhoop van weleer': 'Waar zijn de mooie droeve dagen / Waar is de wanhoop van weleer / Ik kan de voorspoed niet verdragen / De zomer drukt mijn stemming neer / Waar is de wanhoop van weleer // Toen ik nog reden had tot klagen / Sloeg mijn leed in verzen neer [...]'. Dorrestijn geeft als reden voor zijn somberheid vaak zijn slechte jeugd. Jeroen Brouwers heeft in zijn anekdotenboek Zachtjes knetteren de letteren een prachtige dialoog opgenomen tussen Dorrestijn en Lévi Weemoedt, de dichter met wie hij regelmatig optrad:

'Weemoedt: "Ik had een allerarmoedigste jeugd. Heel arm."
Dorrestijn: "Wij waren nog armer."
W: "Mijn moeder moest de was nog met een handwringer doen. Zo arm."
D: "Wij hadden niet eens een wringer. In de rivier, stenen... stenen."
W: "Arm, jongen, arm. Wij hadden niet eens wasgoed."'













donderdag 8 mei 2008

Gedicht

Schemergebieden 3 (Henryk Górecki)

hier te ontwijken

want te schrijven op een celmuur
'o mama
huil maar niet'
en door tralies sneeuw en licht

in auschwitz valt de varkensroze avond:
de schemer overspeelt zijn hand
in de vijfvingerige schaduw van het kwaad

maar de nieuwe eeuw
en nieuwe mensen; nu zwijgen
dan de vogels die steeds doorgekwetterd hebben:
er klinken strijkers; treurige stemmen

- wederom

en toch de ommekeer

woensdag 7 mei 2008

Gedicht

Schemergebieden 2 (Arvo Pärt)

als in de gezochte tuin
met meanderende paden
en raken doen zij elkaar niet

elk blaadje gras
is zo eeuwig als een bloem

de dauwdruppel schittert
door de zon en de druppel
is het venster naar de zon

en toch scheert er hier iets
van de schemer over de waterspiegel

terwijl elk blaadje gras schreeuwt
om eeuwig blinken in een spiegel
in een spiegel

dinsdag 6 mei 2008

Gedicht

Schemergebieden 1 (William Basinski)

zijn het de bomen
of zijn het mijn ogen?
wat beweegt staat immers stil
de wolken daargelaten
de wolken die verstillen

wat herinnering derft
conserveert dit licht
de schemer gebiedt te zwijgen

de reizende somberte
daarheen en weer terug
van zon doordrongen lanen

een dag en een nacht
heb ik daar achtergelaten

zondag 4 mei 2008

Zwitserse zwarte gaten

Vorig jaar berichtte ik over het fascinerende project dat momenteel in Zwitserland onder de grond gestalte krijgt: de LHC (Large Hadron Collider) van het CERN. Een mislukte test stelde de ingebruikname uit tot mei 2008. Dat tijdstip is nu aangebroken. Tijd voor een update. De onderzoekers hopen over een maand daadwerkelijk de eerste deeltjes de tunnel in te sturen. Er ligt echter nieuwe vertraging op de loer.

Een team van zes wetenschappers heeft namelijk een rechtszaak aangespannen tegen CERN 'om de wereld van de ondergang te redden'. Wat is er aan de hand? Zoals bekend houdt men er bij het CERN rekening mee dat er binnen de LHC door de gigantische kracht waarmee deeltjes op elkaar zullen gaan botsen zwarte gaten kunnen ontstaan. Deze gaten zullen echter niet alleen bijzonder klein zijn, maar ook een kortstondig leven beschoren zijn. Voor ze verschenen zijn, zijn ze alweer verdampt.

Eén van de zes, de Spaanse wetenschapsfilosoof Luis Sancho, spreekt echter over CERN als 'een fabriek die een milieuramp zal veroorzaken'. Een zwart gat ter grootte van een munt zal de planeet opslokken. Hij vraagt de rechter de wereld te redden: 'Als een kind een gevaarlijk speeltje heeft, wil hij 't niet afstaan, tenzij de ouders 't afpakken. Ik vraag de politieke machten op aarde om deze kinderen te laten ophouden onze enige planeet te vernietigen.' De zaak dient in juni in Honolulu, Hawai. Bij het CERN trekt men zich weinig aan van de zaak, maar mogelijk levert het gedoe toch weer vertraging op. En dat terwijl iedereen staat te popelen om te beginnen, inclusief ik vanuit mijn luie stoel.

Sancho claimt wiskundig te kunnen aantonen dat er kritieke zwarte gaten zullen ontstaan in de LHC. Natuurkundige Frank Linde doet dit af als onzin. Sancho zou een uitbreiding van een omstreden theorie gebruiken. Hij voegt delen van twee theorieën bij elkaar en denkt dan een nieuwe theorie te hebben. Jos Engelen, directeur van het CERN, bepaalt de kans dat Sancho gelijkheeft dan ook op 'nul'. We worden bovendien elke seconde gebombardeerd door kosmische deeltjes en nog nooit heeft zo'n botsing een fataal zwart gat gecreëerd.

Aan de LHC wordt al twintig jaar gewerkt, de kosten bedragen vier miljard euro. Linde verklaart dat alle deeltjes die we kennen slechts 4% van het universum uitmaken. De overige 96% is ons nog onbekend! De LHC moet het mogelijk maken hypothetische deeltjes als het Higgs-deeltje te vinden. Dit zal 'het mysterie massa' eindelijk grotendeels verklaren. En wie weet vindt men nieuwe, nu nog onvoorstelbare zaken. De LHC gaat het ons laten zien. In juni of juli gaat hij dan echt van start, daar mogen de doemdenkers geen afbreuk aan doen.

Afgelopen zaterdag behandelde EénVandaag het project. Zie hier de betreffende uitzending. Bekijk schitterende beelden van het ondergrondse project en leer dat het CERN ervoor verantwoordelijk is dat wij internet hebben en dat men momenteel werkt aan een nieuwe vorm van internet.

vrijdag 2 mei 2008

[N64]: Wave Race 64

Vorig jaar besprak ik a.d.h.v. de top 25 van een zelfgemaakte lijst de muziek uit mijn jeugd. Dit jaar een tweede serie in de categorie 'wenken voor een toekomstige biograaf' met als onderwerp de Nintendo 64-games. Met welke spellen bracht ik menige regenachtige middag (maar ook als de zon scheen) op mijn kamertje door? Geen toplijst deze keer, maar in chronologische volgorde en in interviewvorm. In aflevering 4: Wave Race 64.

'Wave Race 64'. In ieder geval een aantrekkelijke cover!
Inderdaad. En precies zoals de voorkant van het doosje doet vermoeden was het daadwerkelijke spel: stoer, mooi, heerlijk.
En jet-ski's als onderwerp.
Kawasaki's. De Japanse firma sponsorde het spel en daarom mocht je als speler de woeste baren trotseren op een viertal Kawasaki's.
Vier maar?
Ja, maar gek genoeg maakte dat helemaal niet uit. Om maar meteen mijn kaarten op tafel te leggen: Wave Race was en is een fantastisch, onderhoudend spel. De game werd meteen in de begindagen van de Nintendo 64 gelanceerd, vergaarde door zijn originaliteit, schoonheid en speelbaarheid meteen veel krediet onder de spelers, en groeide vrij vlug uit tot een klassieker.
Vertel eens iets meer over de vier jet-ski's.
De vier jet-ski's - of beter: de vier rijders - zijn legendarisch geworden. De namen Ryota Hayami, Ayumi Stewart, Miles Jeter en Dave Mariner zitten in het collectieve geheugen van elke Nintendospeler. De ene was snel, maar niet zo wendbaar (Mariner), de andere kon weer als de beste tussen de boeien door slalommen (Jeter), je kent dat wel.
Wat maakte het spel zo speelbaar?
Racen voelde heerlijk. Het ingebouwde golven-genereer-systeem functioneerde perfect. In elke race had je te kampen met onvoorspelbare golven die je nu eens alle kanten op deden stuiteren, dan weer een mooie sprong lieten maken. Zo lag in het 'Marine Fortress'-level vlak na start-finish een soort van stenen pier. Je moest daar omheen racen, maar als je geluk had kon je via een golf óver het obstakel springen. Als dat lukte, gaf dat een geweldig gevoel.
Kende het spel meer van zulke gouden momenten?
O, zeker. De baan 'Drake Lake' was in de eerste ronde gehuld in dichte mist. Je kon het water en de boeien nauwelijks zien. Vanaf de tweede ronde klaarde het weer echter op en na verloop van tijd kwam er een schitterend heldere waterspiegel tevoorschijn. Eenden scheerden over het water dat door rietlanden stroomde. Alleen Maarten 't Hart in zijn bootje ontbrak nog, maar dat is weer een ander verhaal. Andere mooie momenten waren te vinden in 'Southern Island', een baan die met vloed begon en met eb eindigde. Je tactiek werd daardoor danig op de proef gesteld. Bovendien verscheen er vanaf ronde 2 een indrukwekkende orka aan de rand van de baan.
Je noemde eerder 'schoonheid' als kenmerkend voor Wace Race 64. Kun je dat toelichten?
De graphics waren zeer mooi. Je moet bedenken dat Wave Race een van de eerste N64-spellen was. We kwamen net uit het 2d-tijdperk en dan kreeg je ineens zulke prachtige zeeën, havens, meren en zonsondergangen voorgeschoteld. Het spel zette een standaard neer voor hoe in grafisch opzicht optimaal de mogelijkheden van de N64 te benutten. Zelfs als je achteraf het gehele spellenaanbod overziet, houdt Wave Race zich moeiteloos staande.
Viel er ook nog wat te stunten met die jet-ski's?
Uiteraard. Naast de aparte Stunt Mode kende elke baan wel een paar schansen waarop je naar hartelust met je machine halsbrekende toeren uit kon halen. Favoriet was de 'barrel roll', een soort van zijwaartse salto.
Maar het racen stond voorop.
Zeker weten. In drie rondes moest je zo snel mogelijk de finish bereiken, daarbij links langs de gele en rechts langs de rode boeien racend. Zes à tien banen moesten bedwongen worden, afhankelijk van de moeilijkheidsgraad.
Nog minpunten?
Het aantal opties is misschien wat aan de lage kant. De kampioenschappen heb je zo doorlopen en de banen zijn vrij kort. Maar dat is vooral een kritiekpunt vanuit het heden. Toentertijd was het een vrij groot racespel. Een ander kritiekpunt is de typisch Amerikaanse commentator, type Bob Saget. Zijn overdreven uitgeschreeuwde teksten (ONE CHANCE LEFT!!!; YOU'VE LEFT EVERYBODY BEHIND YOU!!!) werkten soms aardig op mijn zenuwen.
Concluderend ben je eigenlijk louter positief over Wace Race.
Dat klopt. Het spel is gewoon zo'n typische feel-good-game uit de beginjaren. Als je het aanzette, klonk een zomers muziekje, meeuwen vlogen door het scherm, het lichtblauwe water kabbelde... Op en top sfeervol.