zaterdag 19 februari 2011

Zeven dagen lang (52)

13 t/m 19 februari

ZONDAG Boeken
Schokkende mededeling van de Amerikaanse oncoloog Siddharta Mukherjee in VPRO Boeken: kanker is zo verweven met ons genenpakket dat de ziekte naar alle waarschijnlijkheid nooit uit te roeien is: 'Kanker maakt deel uit van onze genetische erfenis. Het is 'n fout in onze genetische erfenis, maar je kan het er niet uithalen. Het idee dat we kanker kunnen uitroeien, zoals pokken of polio, is een onmogelijk idee. De kern van de ziekte is eigen aan ons lichaam.' De kankercellen die de kanker produceert zijn in feite volmaakte versies van onze eigen cellen. Angstaanjagend. Zie

MAANDAG VI
Genieten weer, Voetbal International, maar die druif van Graydon elke week met z'n 'ik heb de cijfers eens bekeken' word ik zo langzamerhand wel moe. En dan in de aftiteling van het programma lezen: 'gesponsord door Graydon'. Dan weet je ook weer waarom ze die kerel steeds aan het woord móeten laten.

DINSDAG CL
Kwart voor negen thuis, snel de tv aan, Milan-Spurs op het programma!, naar Nederland 3 gezapt en... geen voetbal. Blijkt de NOS maar voor twee van de vier wedstrijden de rechten te hebben gekocht. Schande.

WOENSDAG LOL
Opmerkelijk: de potentieel-Gouden-Loeki-winnende reclame met Raemon Sluiter is al aangepast. De soep-scène is eruit.

DONDERDAG Hond
De overval op vleeshandelaar Wals mislukte omdat Wals geen geld bleek te hebben. En daarom loont hij nu 5000 (vijfduizend) euro uit voor de gouden tip. Koning. Zoon Wals is trouwens een held, zie.

VRIJDAG Hofland
Nog een mooi weemoedig citaatje uit Montags kronieken, p.279: 'Nu verdwijnt de koe uit ons landschap. Er groeit een generatie op die de koe alleen nog ziet als een door runderpest getroffen dier in de grijper van een hijskraan of als biefstuk op het bord. [...] Hebt u weleens de kans gekregen een koe recht in de ogen te kijken? [...] Dan bent u ouder dan veertig, op z'n minst.' (12 juni 2004)

ZATERDAG Te slim bevonden
Gisteren verschenen, het 'schotschrift' Martin Bosma. Te licht bevonden van Ronald Havenaar. Een interessante, zinnige bijdrage aan de discussie. Eindelijk weer eens een tegenstander van de PVV die het kind niet met het badwater weggooit, getuige de conclusie: 'Zo dienen problemen die de PVV aan de orde stelt serieus te worden genomen, dat wil zeggen consequent en niet halfzacht te worden bestreden: de oververtegenwoordiging in criminaliteit van Marokkaanse jongeren, het bovenproportionele gebruik van sociale uitkeringen door moslims, discriminatie van vrouwen, joden en homo's, uithuwelijking, etc. Gewenst is een bestrijding van bepaalde aspecten van het gedrag van een beperkte groep moslims. Contra-productief is echter de fanatieke demoniseringscampagne van de PVV tegen een islam die als godsdienst heel goed kan samengaan [...] met gematigd en fatsoenlijk gedrag.'
Jammer is wel de presentatie van de tekst. 'Schotschrift' is een wel erg overdreven term voor wat in feite een groot uitgevallen opiniestuk is. En dat 'te licht bevonden' komt ook niet uit de verf: bij Bosma zijn, zo staat op het achterplat te lezen, 'kennis en inzicht vervangen door schrille dogmatiek, geloofsijver en missiedrang'. Dat laatste is nou net het enige waar voor- en tegenstanders het over eens zijn. Juist die retoriek maakt Bosma een 'slimme, interessante demagoog' (Hofland). Uit de tekst blijkt ook niet dat Bosma te licht bevonden wordt, eerder te schrander, te uitgeslapen. Ik vermoed dat Havenaar aan titel en genrevermelding van zijn tekst niet schuldig is, hier is de uitgever Van Oorschot de boosdoener. Havenaars tekst wordt ook ingezet om reclame te maken voor Tirade (voor) en een boek van De Kadt (achter, 'nog enkele exemplaren verkrijgbaar'). Daarom: gooi de kaft weg, lees de tekst.

donderdag 17 februari 2011

Lezen, lezen, lezen #22

Meindert Fennema - Geert Wilders. Tovenaarsleerling (2010), 284 blz.
De biografie die politicoloog Meindert Fennema van Geert Wilders schreef deed in de media en onder vakgenoten enig stof opwaaien. Fennema zou zich wat te veel hebben verplaatst in het hoofd van Wilders. De PVV-voorman weigerde categorisch zijn medewerking aan dit boek, wat Fennema ertoe verleidde particuliere speculaties over de gedachtewereld en de motieven en drijfveren van Wilders als biografische feiten te presenteren. Dat blijkt allemaal reuze mee te vallen. Zo nu en dan veroorlooft Fennema zich een passage waarin hij pretendeert woordelijk te weten wat er in Wilders' hoofd omging op een bepaald moment, maar het overgrote deel van de biografie bestaat uit een redelijk objectieve kroniek van de politieke carrière van Wilders. Toch, zo bekent Fennema in zijn 'Verantwoording', heeft de omgang met zijn biografisch object hem niet onaangedaan gelaten: 'de biograaf van een politicus die zó zwaar heeft geleden onder doodsbedreigingen van radicale moslims, ontkomt niet aan een gevoel van sympathie met het slachtoffer.' Dat gevoel heeft de biografie zonder meer goed gedaan. Fennema schrijft onderhoudend en blijft vrij van de krampachtigheid en het moralisme dat het discours rondom de PVV nogal eens ontsiert. Hij gebruikt gewoon het woord 'straatterreur', René Danen is extreem links en de speech van Máxima waarin de prinses oreerde dat dé Nederlandse identiteit niet bestaat noemt Fennema 'een onversneden GroenLinkse toespraak'. Wilders is sinds 2006 alomtegenwoordig, extra interessant zijn dan ook de hoofdstukken die de periode ervoor behandelen, toen Wilders een talent op de rechtervleugel van de VVD was. Fennema laat ook mooi zien dat de echte doorbraak van de PVV in feite het directe gevolg is van het conflict tussen Rita Verdonk en haar rechterhand Ed Sinke. Verdonk kelderde in de peilingen en Wilders ging er met de buit vandoor. Geert Wilders. Tovenaarsleerling is een leerrijk, amusant en bij vlagen zelfs spannend boek dat niet alleen een onbevooroordeelde studie over het Venlose fenomeen is maar ook een uitstekende bijdrage aan de recente politieke geschiedschrijving levert.

H.J.A. Hofland - De kronieken van S. Montag. Nederland 1975-2010. Samenstelling Bas Blokker, Sjoerd de Jong, Geert Mak & Hubert Smeets (2010), 311 blz.
Elke zaterdag neemt Henk Hofland de gedaante aan van Samuel Montag, 'een wat bezadigde aankomende grijsaard van een jaar of zestig' die zich 'iedere week met achthonderd woorden in het tumult van het mondiale leven werpt'. Rond de 1500 overpeinzingen zijn er sinds 1975 van Montag verschenen. Uit dit immense aantal hebben vier bewonderaars een bloemlezing samengesteld. Het gevaar van 35 jaar lang de maatschappij onder een vergrootglas houden is dat je op den duur verzuurt, maar Hofland heeft deze kuil weten te omzeilen. Door steevast in te zoomen op een detail, iets veronachtzaamds, het kleine gebaar, weet hij een frisse, open blik te bewaren. Onwillekeurig is Montag in de loop der tijd niet alleen chroniqueur van Nederland geworden ('onze unieke symbiose van de drie klankkleuren zelfbeklag, verontwaardiging en machteloosheid'), maar is hij omgekeerd ook het product van de veranderde tijdgeest. Dat laat deze verzameling mooi zien. De stukjes uit de zorgeloze jaren negentig worden van lieverlede saaier en bleker, maar na 9/11 vindt er een omslag plaats. Plots is Montags zoete mildheid gekruid met een vleugje bitter. De vrijblijvende melancholie is aangevuld met een schrijnend besef van het voorbije én het eeuwig terugkerende. Het is weer oorlog, heet het zelfs ergens. Montag denkt terug aan de tijd dat op station Roosendaal de reizigers naar België nog in een lange rij voor de douane stonden en vreest dat die tijd weerkeert. Maar het uitgangspunt is anders: 'Bin Laden heeft de klok vijfenvijftig jaar teruggezet. Er is een verschil. Wat je toen overkwam, gebeurde na de bevrijding. Het was een uitvloeisel van de oorlog die voorbij was. Nu is het omgekeerd.' De consequent volgehouden Montagse naïviteit speelt zijn schepper nu parten. 'Na de val van de Muur waren we naïef geworden. Morgen zou alles nog mooier, beter, lekkerder worden dan vandaag. Dat was impliciet gegarandeerd. Van de ene dag op de andere zijn we in een andere wereld terechtgekomen. We hebben onze naïviteit verloren.' Montag vraagt zich in zijn overpeinzingen dikwijls hardop af wat er over een x-aantal jaren resteert van zijn observaties, wat ze onthullen dat bij het schrijven nog verborgen bleef. Het 'denkt u alstublieft niet dat wij allen zo zijn' dat een Marokkaan hem ergens in 1993 smekend toevoegt nadat Montags zakken gerold zijn in de tram, is wat dat betreft met terugwerkende kracht veelbetekenend. De kronieken van Montag zijn cultuurhistorie in optima forma.

Frits Bienfait - Is Links beter dan Rechts? Over de grote politieke tweedeling (2010), 126 blz.
De zeldzame vaste volger van dit blog zal bemerkt hebben dat vorig jaar uitzonderlijk veel logs over politiek gingen, culminerend in de geloofsbrieven midden december. De introspectieve vraag of ik 'links' of 'rechts' ben en waarom dan wel was daarbij de spil van de kwestie. Recent las ik dit boekje van Frits Bienfait dat over deze materie handelt. Bienfait verklaart de tweedeling in links en rechts als inherent aan de menselijke natuur, als ordeningsprincipe van de in het duister tastende mens. Taal, tradities en de 'Vaderherinnering' zijn daarbij de vitale factoren. Aan de hand van de betekenis van 'links' en 'rechts' in de taal en de tradities en de traditionele Westerse gezinsopbouw wil Bienfait aantonen dat het politieke dualisme niet zozeer een directe tegenstelling aanduidt als wel een fundamenteel andere kijk op de wereld. Dat klinkt niet erg concreet, maar Bienfaits samenvattende 'soundbite' is verhelderend: 'Rechts: Het is zoals het is. Links: Het kan anders!' Dit verschil in visie is eerder emotioneel gemotiveerd dan intellectueel. Het geeft de verhouding van de mens tot de wereld weer. 'Essentieel is hier wie, in de relatie tussen mij en de wereld, zich dient aan te passen, ik mij aan de wereld (rechts), of de wereld zich aan mij (links).' Bienfait werkt zorgvuldig naar deze conclusie toe, maar uiteindelijk is ze toch niet geheel bevredigend. Links-rechts lijkt hier immers neer te komen op progressief-conservatief. De verwarring over de vervaging (of: verschuiving) van links en rechts blijft dan bestaan. Waarom, bijvoorbeeld, is antisemitisme tegenwoordig vooral te vinden bij links? Volgens de geschetste logica zouden de joden vroeger dus een bedreiging voor de bestaande orde hebben gevormd en zijn ze tegenwoordig juist sta-in-de-weg naar een betere wereld. Dat weiger ik te geloven. Volgens Bienfait zijn links en rechts redelijk stabiele begrippen, respectievelijk veranderingsgezind en behoudend beduidend. Maar is het niet zo dat hun betekenis ook afhankelijk is van de bestaande politieke orde, gebaseerd op conjunctuur? Als links aan de macht is, is het rechts dat het anders wil.

dinsdag 15 februari 2011

Verhaal

Versie A

Tien minuten om te doden.
Het is druk op het perron, avondspits in het openbaar vervoer.
Ik wandel de kiosk binnen en blader lusteloos de Vrij Nederland en de HP/De Tijd door. De twee dienstdoende dames converseren over halfwarme saucijzenbroodjes.
'Meneer!' klinkt het plots iets te hard en iets teveel in mijn richting. 'Het is niet de bedoeling dat u die boeken hier gaat lezen!'
Ik negeer de flankaanval, maar het aanslaan van mijn innerlijke cv-ketel verraadt me.
'Hallo!?'
'Ik lees niks,' stamel ik. 'Ik.. ik blader ze door.'
'Voorin staat een register, kunt u precies zien wat erin staat.'
Ik blader stug door.
De vrouw zucht. 'Ik ga buiten wel tot tien tellen, voor ik een hartverzakking krijg.' De haaibaai rolt briesend een kar lege dozen naar buiten.
Na een halve minuut leg ik de tijdschriften terug en verlaat schielijk de kiosk.

Versie B

Tien minuten om te doden.
Het is druk op het perron, avondspits in het openbaar vervoer.
Ik wandel de kiosk binnen en blader lusteloos de Vrij Nederland en de HP/De Tijd door. De twee dienstdoende dames converseren over halfwarme saucijzenbroodjes.
'Meneer!' klinkt het plots iets te hard en iets teveel in mijn richting. 'Het is niet de bedoeling dat u die boeken hier gaat lezen!'
Ik kijk op. 'Ik lées ze niet,' antwoord ik rustig. 'Ik blader ze slechts door.'
'Voorin staat een register, kunt u precies zien wat erin staat.'
'Het is alleszins redelijk dat ik het volledige product taxeer, alvorens ik besluit al dan niet tot aanschaf over te gaan. Hiermee verlaag ik mitsgaders de kans een kat in de zak te kopen door toedoen van een gewiekste eindredacteur met talent voor misleidende koppen.'
De vrouw staart me wezenloos aan. '... Ik ga buiten wel tot tien tellen, voor ik een hartverzakking krijg...'
'Mag ik u dan adviseren een bedrijfsarts te raadplegen? Een burn-out wordt idealiter in een vroegtijdig stadium gediagnosticeerd, opdat de patiënt bijtijds de adequate medicatie en therapie kan worden voorgeschreven.'
Ik leg de tijdschriften zorgvuldig terug in het rek.
'Een goedenavond.'
Kalm verlaat ik de kiosk.

Versie C

Tien minuten om te doden.
Het is druk op het perron, avondspits in het openbaar vervoer.
Ik wandel de kiosk binnen en blader lusteloos de Vrij Nederland en de HP/De Tijd door. De twee dienstdoende dames converseren over halfwarme saucijzenbroodjes.
'Meneer!' klinkt het plots iets te hard en iets teveel in mijn richting. 'Het is niet de bedoeling dat u die boeken hier gaat lezen!'
Verbaasd kijk ik op. 'Boeken?' repliceer ik minzaam. 'Dit zijn tijdschriften, mevrouw. Bladen. Magazines. Periodieken.'
'Voorin staat een register, kunt u precies zien wat erin staat.'
Ik zet nu grote ogen op. 'Een register? Voorin het tijdschrift? Dan heb ik wel een heel bijzonder exemplaar in handen!'
De vrouw kijkt me niet-begrijpend aan. 'Ik ga buiten wel tot tien tellen, voor ik een hartverzakking krijg.'
'Tot tien maar liefst? Neemt u niet te veel hooi op uw vork?' Ik laat mijn hand over het tijdschriftenrek zweven. 'Misschien kunt u één van deze bóeken hier gebruiken? Wie weet staat er ergens een rekenhulp in. Kijkt u anders even in de registers.'
Ik leg de tijdschriften terug in het rek.
Terwijl ik de kiosk verlaat kijk ik de andere dame aan: 'Defibrileer ze.'

zaterdag 12 februari 2011

Zeven dagen lang (51)

6 t/m 12 februari

ZONDAG Full frontal
Wim Brands is terug als presentator van Boeken. Brands lag enkele weken in de kreukels nadat hij frontaal geschept was, zo laat hij de kijkers weten. Prompt spreekt zijn eerste gast geestdriftig over de 'torpedokever' die altijd frontaal tegen een muur crasht: 'BAF!!'. Arme Wim.

MAANDAG DWDD-a
Jan Mulder gelooft niet dat een boer ook oprecht van zijn koeien kan houden. Geen wonder dat hij altijd de pik heeft op het CDA, die man begrijpt er helemaal niks van.

DINSDAG Wonderlijk
Afgelopen zondag had ik het met vrienden over de dood van Gerry Rafferty. Ik noemde 'Still Got the Blues' zijn bekendste nummer, maar dat moest natuurlijk 'Baker Street' zijn. 'Still Got the Blues' is van Gary Moore, en die is, zo blijkt vandaag, juist afgelopen zondag overleden.

WOENSDAG DWDD-b
In een meelijwekkende poging Wilders' opmerking 'De islamitische Mozart, de islamitische Gerard Reve, de islamitische Bill Gates, ze bestaan niet, want zonder vrijheid is er geen creativiteit' te ontkrachten, komt De Wereld Draait Door op de proppen met respectievelijk een volkszangeres, een televisiekok en een door de islamitische censuur tegengewerkte schrijver. Op die manier móet je Wilders wel gelijk geven...

DONDERDAG Adolf Wilders
De studente die in de College Tour met Bram Moszkowicz Geert Wilders een hedendaagse Adolf Hitler noemt zit na de reclame al bij Paul de Leeuw: de 'moedige' Fatima. Leer ons de VARA kennen.
Maar ja, ze had wel een punt: 'omdat hij toch ook ja euh, hij is iets.. hij wil iets.. wat eigenlijk ook hetzelfde is als Adolf Hitler in de Tweede Wereldoorlog.' Touché...

VRIJDAG Citaat van de week
'Ik ben een heel normale jongen.' (Mounir El Hamdaoui)

ZATERDAG Page
Gregory Page is weer in Nederland! Na zijn indrukwekkende optreden in Vrije geluiden vorig jaar, toch een programma voor een klein publiek, is hij vandaag te gast in het Muziekcafé van Radio 2. Het grote publiek leert Page kennen, goed zo.

donderdag 10 februari 2011

A Jollie Good Fellow

Afgelopen dinsdag overleed André Hanou, de laatste jaren beter bekend als 'Herkauwer'. Onder die naam vulde hij sinds 2007 een veelgelezen weblog. Hanou was tot 2006 hoogleraar Oudere Nederlandse letterkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Daar heb ik in de eerste twee jaren van mijn studie college bij hem gelopen.

Professor Hanou was een opvallende verschijning, niet alleen door zijn glimmende schedel. De studenten sprak hij aan met de als 'jollie' uitgesproken tweede persoon meervoud. Zijn stijl van college geven was frivool en theatraal, in de goede zin van het woord. Niet snel zal ik vergeten hoe hij zich ooit eens in het vuur van zijn betoog op de knieën stortte, niet beseffende dat onder de dunne vloerbedekking de niet meegevende betonnen vloer wachtte.

Na zijn emeritaat bleef hij zijn grote kennis van de 'lange' achttiende eeuw (1670-1830) delen. Als Herkauwer schreef hij op het gelijknamige blog zeer onderhoudende stukjes over deze periode. Zo nu en dan leende hij de Mac aan Deken Daalberg, die snedige grafschriften op collega's en vakgenoten van Herkauwer vervaardigde. Ook de korte, persoonlijke logjes las ik graag. Die van 3 augustus 2009 citeer ik hier in zijn geheel:

"Vandaag geen blog en ook de volgende dagen niet; want Herkauwer neemt deze week vrij. Dat mag wel eens. Niet dat hij in Venetië of Paramaribo zit. Hij is gewoon thuis, houdt zich bezig met zijn tuin en zo. Er moeten heel wat vlieren verdelgd worden, want deze vlieren tieren. Zij hebben ongetwijfeld enig nut volgens het Intelligent Design waarin onze bontjesdragende minister (Maria van der Hoeven) gelooft, maar herkauwer denkt dat hier enig redesign op zijn plaats is.

En verder gaat hij af en toe een ijsje halen bij de Australian."
In alles een typische Herkauwer. Lichtvoetig, ironisch, een welgekozen verwijzing naar de politieke actualiteit, en dat alles in een superieure stijl.

In september zag ik hem in de Koninklijke Bibliotheek, afdeling Bijzondere Collecties. Ongeveer tegelijkertijd wilden we de ruimte door de tourniquet verlaten. Met een lichte buiging liet ik hem voorgaan: 'Meneer Herkauwer...'. Hij keek verrast op, herkende mij uiteraard niet, maar met een gezicht dat geamuseerde verbazing uitdrukte liet hij het zich welgevallen.

Kort daarna werd hij ernstig ziek. Op zijn weblog hield hij zijn lezers op de hoogte van zijn situatie. Tot het einde toe bleef hij zijn blog onverstoorbaar vullen met varia over de achttiende eeuw, al kregen de meer persoonlijke berichten van lieverlede de overhand. Soms liet hij daarbij de ironische façade even vallen, wat prompt ontroerende stukjes opleverde, zoals dit van 22 oktober.

Afgelopen maandag verscheen plotseling een bekentenis op het blog: de laatste posts - over de bewonderde Ter Balkt - waren niet meer door hemzelf online gezet; hij ging nu snel achteruit. Een dag later kwam - toch nog onverwacht - reeds het bericht dat hij was gestorven.

dinsdag 8 februari 2011

Twee albums

The National - High Violet (2010)
Deze cd leerde ik net te laat kennen om hem nog mee te nemen in het lijstje met de beste albums in het jaaroverzicht. High Violet had daarin zeker niet misstaan. Het vijfde album van The National is zonder overdrijving imponerend te noemen. Ik zag de band voor het eerst in een tv-registratie van Lowlands, met een uitvoering van 'Terrible Love', de opener van de cd. Dat nummer eindigt in een orgiastische explosie van gitaren en drums. De rest van het album is echter aanzienlijk ingetogener en verfijnder.
De eerste regels van 'Sorrow' zetten duidelijk de toon: 'Sorrow found me when I was young / Sorrow waited, sorrow won.' De zware lage stem van zanger Matt Berninger leent zich perfect voor de donkere, sombere nummers van High Violet. Toch onttrekt The National zich aan de clichés van de rechtlijnige depressierock; zowel in de muziek als in de teksten winnen melancholie en rationele berusting het soms van de uitzichtloosheid. Het beste voorbeeld hiervan is 'Bloodbuzz Ohio', waarin het toenemende besef van heimwee naar de geboortegrond mooi vormgegeven is: 'I never thought about love when I thought about home'.
Hoogtepunt van het album is waarschijnlijk 'Lemonworld'. Het refrein is bloedeloos, maar de coupletten zijn wonderschoon. Dan heb je honderden, zoniet duizenden liedjes over smart en melancholie gehoord, en dan maakt The National dat alles in een paar regels hopeloos overbodig: 'This grassy stuff makes me dizzy / I guess I've always been a delicate man / It takes me a day to remember a day / I didn't mean to let it get so far out of hand // I was a comfortable kid / but I don't think about it much anymore.'
Merkwaardig aan High Violet is dat alle sterke nummers in de tweede helft van het album te vinden zijn - dat zie je niet zo vaak. 'Conversation 16' en 'England' bijvoorbeeld - met de prachtig ritmisch gezongen beginregels 'Someone send a runner through the wheather that I'm under for the feeling that I lost today' - worden met elke luisterbeurt beter.
High Violet is sowieso een album dat wat geduld van de luisteraar vraagt om tot wasdom te komen, maar wanneer dat eenmaal het geval is grijpt het je bij de keel om niet meer snel los te laten. De pianoklanken in het intro van 'England', de wisselingen van toon en tempo binnen nummers, de geloofwaardig gezongen teksten over ennui en ellende, het is allemaal gedoseerd genoeg om te overtuigen. Nog zo'n parel van een couplet uit 'Lemonworld' ter afsluiting: 'I gave my heart to the army / the only sentimental thing I could think of / With cousins and colours somewhere overseas / but it'll take a better war to kill a college man like me.'

Radical Face - Ghost (2007)
De teksten van liedjes hebben in de regel mijn bijzondere aandacht, maar in het geval van Radical Face zijn ze slechts van secundair belang. Op Ghost, het eerste en voorlopig enige album van deze band, zingt voorman Ben Cooper namelijk zo ingehouden dat de zang eerder als begeleiding bij de muziek fungeert dan andersom. En dan zijn de teksten ook nog zo mysterieus en hermetisch dat je als luisteraar slechts een vaag idee hebt van waar ze eigenlijk over gaan. Dit alles past binnen de opzet van het album.
De opener is een instrumentaal nummer met de titel 'Asleep on a train'. De andere nummers van het album kunnen vervolgens opgevat worden als uitwerkingen van klanken en beelden die de dromer in zijn slaap door het hoofd spelen. Zo heeft elk nummer als intro een karakteristiek 'droomgeluid', in 'Welcome Home, Son' gierende wind, 'Let the River in' begint met kinderstemmen, in 'Glory' klinken voetstappen, 'Along the Road' heeft krakende deuren, enzovoort.
Cooper mag dan uitzonderlijk zacht zingen, de sterkste nummers van Ghost zijn die waarin zowel muziek als zang afwisselend traag en up-tempo en zacht en hard zijn. 'Welcome Home, Son', bekend van de Nikon-reclame, heeft natuurlijk het exalterende refrein met het lang aangehouden 'home', maar ook 'Wrapped in Piano Strings' en vooral 'Winter Is Coming' zijn dermate gevarieerd en energiek dat ze elke keer weer een verpletterende indruk maken. Laatstgenoemde begint met dreigende gitaarklanken en etherische zang. De refreinen en vooral de bridge zijn vervolgens meer rechttoe rechtaan.
De tekst van de bridge is ongewoon helder: 'Everything we stole, everything we broke, everything we bought is gone. / A couple dumb mistakes, bigger than we thought, nothing left to do but run. / If I could put it back, fill in all the cracks, nothing there I wouldn't change. / But wishing never helps, wishing never helps, wishing never solved a thing.' Na een korte, met strijkers begeleide overgang, volgt dan de ontlading: onder het geluid van beukende drums luidt de conclusie, de conclusie die iedereen uiteindelijk moet trekken: 'You were right.'
Ook Ghost is een album dat niet meteen al zijn kwaliteiten prijsgeeft. Sommige nummers komen nooit echt uit de verf, maar de fraaie gedeelten, de doordachte opbouw en het consequent volgehouden droomthema dat als een lichte waas over alle nummers ligt maken van Ghost een experimenteel album dat meer luisteraars verdient.

zaterdag 5 februari 2011

Zeven dagen lang (50)

30 januari t/m 5 februari

ZONDAG Pool
De automobilist die in Noordwijk een huis binnenreed en daarbij de bewoner doodde was een Pool. Misschien is het na al die alcoholpoli's voor drinkende pubers tijd voor een poli voor dronken Polen, een alcoholpooli.

MAANDAG Durée
Januari zit erop, het is alweer bijna Kerst.

DINSDAG Raemon
Raar dat Raemon Sluiter niet genomineerd was voor de VSB-poëzieprijs. Zijn tekst in de Head&Shoulders-reclame is toch wel tamelijk briljant: 'Deze soep smaakt naar gravel / The next level!'

WOENSDAG Leeft-die nog?
'Ajacied Bruno Silva maandenlang uit de roulatie na schouderoperatie.'
Alsof er daarmee ook maar iets verandert.

DONDERDAG Literatuurgeschiedenis
Op de website van de Taalunie staat nog steeds dat het laatste deel van de reeks Geschiedenis van de Nederlandse Literatuur in 2011 zal worden afgerond. Er moeten echter nog 4 van de 9 delen verschijnen. De overige vier staan nu alle voor 2012 aangekondigd. Dit jaar dus weer geen nieuw deel.

VRIJDAG De tijd zelf
'Mijn standpunt is, kort en goed, dat het verleden niet meer bestaat en de toekomst nog niet, zodat de overgang van die twee, het heden, geen uitgebreidheid kan hebben, noch in de richting van het verleden, noch in die van de toekomst – en dus zelf ook niet bestaat. Als je "nu" zegt, dan is de "n" op een bepaald moment al in het verleden, terwijl de "u" nog in de toekomst is, dus allebei zijn zij nergens.'
Op 30 oktober verschijnt een postume novelle van Harry Mulisch, zie ook hier.

ZATERDAG Tsunami
Wetenschappers waarschuwen voor een 'tsunami van obesitas'. Na de tsunami van islamisering nu weer deze tsunami. De dikke moslim kan het dus wel schudden de komende jaren.

donderdag 3 februari 2011

Over musicals

Vorige week gingen Pauw en Witteman met hun gasten in gesprek over de vele talentenshows op de televisie. Hans Laroes, de vertrekkende NOS-hoofdredacteur die toch niet echt vertrekt, werd aan de tand gevoeld over welk soort nieuws de omroep wel en niet moet brengen. De broers Saunders hadden beiden een talentenjacht bij de commerciëlen gewonnen, moest dat in het journaal? Herman Koch, ook aan tafel, vond van wel, want hij keek er niet naar en voor hem was het dus nieuws. Koch liet en passant nog even weten dat musicals wat hem betreft nog erger zijn: 'Als er een genre waar ik een hekel aan heb, dan is het de musical.'

Eerder las ik al bij Jeroen Brouwers een soortgelijke afkeer. In Datumloze dagen zegt de vertellende hoofdpersoon over de musical: 'Nooit eerder een musical bekeken, nooit zal ik er in de toekomst nog een bekijken. Geen idee waar het over gaat, veel gespring en heen en weer gedraaf, gebaartjes, hupjes, pasjes, beweginkjes, voortdurend barst iemand of barst het hele gekostumeerde gezelschap los in gezang waar zelden een woord van is te verstaan, de muziek is karakterloos, het verhaaltje te onnozel om naar te kijken en alles is fluffig als geklopt eiwit. Ik zit tussen honderden blije mensen, die na ieder lied en dansje geestdriftig applaudisseren, terwijl ik me voel of ik in een horror vacui ben beland, waarin verveling, ergernis, zelfs gêne om de voorhand strijden, musical is de gesel voor de ziel van de muziek en van het drama'.

Hij is nog niet klaar met zijn tirade: 'Musical, dacht ik, bij god, musical! Een weerzinwekkend, smaakafplattend, hersenverwekend genre, gruwzamer dan de tiende plaag over Egypte.' Blijkbaar bestaat er bij de vertegenwoordigers van de literaire kunst een onbedwingbare drang om af te geven op de musical. Ik begrijp dat niet zo goed. Van alle 'lage' cultuurvormen lijkt me de musical juist een van de sympathiekste. Je zou verwachten dat er eerder afgegeven wordt op populaire genres als het levenslied of de voorgebakken popsong.

Op de eerste Idols na heb ik nooit naar enige talentenjacht op tv gekeken. Behalve dat ik door de wildgroei het bos niet meer zie, word ik van de flitsen die ik nog wel eens opvang niet vrolijk. Neppe presentatoren, een ergerlijk joelend en krijsend publiek en last but not least mensen die helemaal niks kunnen. Ooit zag ik de finale van Popstars - of X-factor, weet ik het -, omdat ik bij mensen op visite was die daar naar keken. Wat me toen frappeerde was dat van de drie finalisten er twee totaal niet konden zingen. Ik ben in het geheel niet muzikaal, maar zelfs ik kon dat nog wel horen.

Wat een verschil dan met de Op zoek naar...-shows van de AVRO. De deelnemers daar kunnen echt wat, zijn goed in wat ze doen, stuk voor stuk. En waar in de talentenjachten bij de commerciëlen de presentatoren het weerzinwekkende niveau vooral verergeren, daar is Frits Sissing bij de AVRO juist de enige dissonant. Of neem de jury. Henkjan Smits kijkt alleen naar het product, de marketing, het image (quasi-hip de 'x-factor' genoemd). Willem Nijholt daarentegen kijkt alleen naar puur talent en persoonlijkheid, en is daarbij bovendien niet bang steil tegen het publiek en de wetten van de televisie in te gaan.

Illustratief is een voorval dat enige weken geleden de twitters en de internets beheerste. Een van de kandidaten van Op zoek naar Zorro had een lied gedaan dat hij ook op de begrafenis van zijn vader had gezongen. Sissing had dit gegeven in zijn aankondiging verwerkt, waardoor de kandidaat meteen het publiek op zijn hand had gekregen. Nijholt had daar meteen na het optreden zijn ongenoegen over geuit. Zoiets is privé, het publiek heeft daar geen flikker mee te maken. Die keiharde opstelling leverde Nijholt veel woedende reacties op.

Ik begrijp Nijholt wel. Sentiment, de looks van de persoon en zijn of haar 'verhaal' zijn nu juist de randzaken die onevenredig van invloed zijn op de populariteit van de piepjonge wannabe's die via de talentenjachten een onrealistische droom van roem en bekendheid najagen. Als ze ook nog kunnen zingen is dat hoogstens mooi meegenomen. Bij de musicalaudities van Op zoek naar... prevaleren eerst en vooral zang-, dans- en acteertalent, de zaken waar het toch om zou moeten draaien.

Het genre van de musical mag dan zijn onhebbelijkheden hebben - overdreven articulatie, al te frivole dans -, het dunkt mij in zijn soort toch vele malen authentieker en smaakvoller dan de voorgebakken eenheidsworst van John de Mol.