maandag 28 mei 2007

De wielrenner een gevaar?

Afgelopen zaterdag las ik dit bericht in de krant. Ik wil me hierbij graag mengen in de discussie. De wielrenner is een kwetsbare deelnemer in het verkeer. Hij beschikt niet, zoals andere sporters, over een eigen afgebakend terrein om de sport te beoefenen en is daarom afhankelijk van de openbare weg. Daar gelden verkeersregels. Zoals met alle regels het geval is, heb je te maken met regels in theorie en regels in de praktijk. Vooral in het verkeer is de praktische toepassing van regels een samenspel tussen de verschillende deelnemers. Veiligheid en gemak gaan zodoende vaak vóór het strikt navolgen van de regels, en terecht. Een automobilist wordt beschermd door de carrosserie waarin hij zich bevindt, terwijl de wielrenner blootgesteld is aan de elementen. Een wielrenner legt het dus altijd af wanneer hij met een auto in botsing komt. Hier ligt een belangrijke verantwoordelijkheid voor de automobilist. Hij moet als minder kwetsbare deelnemer rekening houden met fietsers. Dus niet vlak langs een wielrenner scheren zonder snelheid te minderen, niet inhalen als er wielrenners tegemoet komen en geef eens voorrang als je daardoor de wielrenners rijdende kunt houden. Het is maar een kleine moeite.

Als recreatief wielrenner weet ik onderhand waar de gevaren liggen. Automobilisten, vooral de oudere, houden over het algemeen goed rekening met mij. Oogcontact is belangrijk en elke automobilist die zelf ook fietst weet dat voorrang geven een heel normaal gebaar is. Als wielrenner zit je namelijk vastgeklikt in je pedalen en op het laatste moment los moeten klikken kan tot valpartijen en botsingen leiden. De gevaarlijke automobilist is vaak van het type '18 en net een rijbewijs'. Onderuit gezakt op de stoel, hand boven op het stuur en zich vooral niks aantrekkend van de snelheidsbeperkingen of kwetsbare verkeersdeelnemers vormt hij (altijd een hij) een groot gevaar voor de wielrenner.

Het komt er dus op aan om wederzijds respect te tonen. Ga als wielrenner nooit in grote groepen rijden en zoek oogcontact met een automobilist als elkaars wegen kruisen. Besef als automobilist dat je veilig en droog zit en altijd sneller op je bestemming kunt zijn dan de wielrenner. Een wielrenner moet ook trainen en is aangewezen op de openbare weg. Door zijn hoge snelheid en de abominabele toestand van sommige fietspaden is hij soms te vinden op de rijbaan ja. Kritiek richt zich vaak op het feit dat wielrenners twee-aan-twee blijven rijden en niet achter elkaar, maar dat laatste maakt het toch juist veel gevaarlijker! Wanneer men twee-aan-twee rijdt zal een auto moeten wachten tot er geen tegenliggers zijn en dan kan hij inhalen. Als wielrenners achter elkaar rijden zal de automobilist gewoon de wielrenners op zijn eigen rijbaan passeren en dan rijdt hij met hogere snelheid zo dicht langs de fietsers dat dit levensgevaarlijke situaties oplevert.

Auto's zijn dus soms een iritatie voor mij als wielrenner. De grootste ergernis blijft natuurlijk de lekke band. Vooral als het regent en uiteraard als je het verste van huis bent... Ter afsluiting de top-10 van ergernissen voor een wielrenner:

1. Lekke band
2. Auto's die geen rekening met je houden
3. Tegenwind
4. Loslopende en overstekende honden
5. Rugpijn en kramp
6. Slechte fietspaden en wegen
7. Honger
8. Tractoren met zwiepende maaimachines e.d.
9. Trage fietsers van 65+ die je fietsbel niet horen als je er langs wil
10. Drempels

Geen opmerkingen: