dinsdag 8 april 2014

Bij de dood van Pater Frans

De moord op pater Frans van der Lugt is schokkend in zijn kille brutaliteit. De 75-jarige jezuïet die het gezicht was geworden van de nooddruftige bevolking van het geïsoleerde Homs werd in koelen bloede geëxecuteerd door gewapende milities.

Het zakelijke teletekstbericht gisterochtend maakte het nog erger: 'Nederlandse pater in Syrië gedood'. Geen apart nieuwsblokje, geen headline in hoofdletters, zelfs niet 'Van der Lugt'. Nee, 'Nederlandse pater', alsof de pater inmiddels geen nationale beroemdheid was geworden.

Pas gedurende de dag drong de impact van de moord ten volle door. Het tekent hoe afgestompt we inmiddels waren geworden door de van bloedvergieten vergeven berichtgeving dag in dag uit.

Zijn orde vermoedt dat Van der Lugt is vermoord omdat de vrouw van president Assad ooit een van zijn landbouwprojecten met een bezoek vereerde. En dan moet je dood. Van der Lugt bekommerde zich om christenen én moslims, stond boven de partijen, maar dat interesseert de jihadisten niet.

Het voor het Westen zo pijnlijke besef is dat Van der Lugt en zijn medechristenen onder die vermaledijde Assad wél veilig waren. Bijna een halve eeuw leefde de pater al probleemloos in Syrië. Ooit leefden er duizenden christenen in Homs, sinds de burgeroorlog is uitgebroken is dat gedecimeerd tot hooguit 50. Syrië is de bakermat van het christendom. Vrijwel niets is er nog van over.

Te lang hebben westerse politici en media blind geloofd in een 'gematigde' oppositie die met onze financiële en morele steun de dictator omver zou werpen om vrede en voorspoed te brengen onder de geknechte bevolking. Van de decepties in Egypte en Libië werd niets geleerd. De dictators zijn dood of opgesloten, maar de stabiliteit die hun regimes ondanks alles garandeerden is ingeruild voor chaos en wetteloosheid.

In Egypte worden de koptische christenen opgejaagd en vermoord, in Libië is de sharia ingevoerd en vrezen de christelijke minderheden voor hun leven. En in Syrië riekt het nu vervaarlijk naar genocide. In oktober sprak Elsevier-columniste Hala Naoum Néhmé al haar afschuw uit over het grote zwijgen van media en politici over de gruweldaden aan christenen in Syrië voltrokken.

De politicoloog Ghassan Dahhan riep begin dit jaar in Trouw op het slepende conflict te beslechten door Assad te laten winnen. De droom van een vrij, democratisch Syrië is allang uiteengespat, in het belang van de bevolking is het nu zaak daadkrachtig een einde te maken aan de totale anarchie die er heerst. 'Dat Assad een schurk en een oorlogsmisdadiger is, is minder relevant voor de miljoenen Syrische vluchtelingen dan hun uitzicht op een veilig bestaan. Gun het Syrische volk vrede en geef Assad, hoe immoreel dit ook klinkt, een kans.'

De westerse steun voor de seculiere oppositie, het 'Vrije Syrische Leger', zal tot niets leiden, want die oppositie is marginaal van omvang en delft het onderspit tegen Al Qaeda en verwante islamistische groeperingen. Dahhan waarschuwde al: 'De rebellen komen er openlijk voor uit bevolkingsgroepen te willen elimineren: alawieten en sjiieten in de eerste plaats, en later ongetwijfeld ook de christenen.' Profetische woorden.

We moeten van Van der Lugt geen martelaar maken, maar de brute dood van Pater Frans heeft nu hopelijk de ogen geopend voor de ernst van de situatie in Syrië. Het scenario pro-Assad moet maar eens serieus worden overwogen, als minst erge van twee kwaden.

Geen opmerkingen: