Nelleke Noordervliet - Vrij man. Het leven van Menno Molenaar. Augustus 2012, 465 blz.
Vrij man is een dikke historische roman over de fictieve Gouden Eeuwer Menno Molenaar. Op de eerste bladzijden ontmoet de vrouwelijke ik-verteller, die zich nadrukkelijk als Noordervliet-de-schrijfster manifesteert, hem in hedendaags Amerika, verontruste verstekeling in de tijd. Hij vertelt haar zijn levensverhaal, zij vertelt het door aan de lezer.
Menno was voorbestemd om predikant te worden, maar hij raakte als jongen gefascineerd door de reikwijdte van de menselijke rede en de wonderlijke anatomie van het fysieke lichaam waarin de ziel zou huizen. Als student in Leiden belandt hij in de kringen van de radicale Verlichting, later in Den Haag raakt hij als klerk van Johan de Witt in de woelingen in het politieke hart van de Republiek verzeild. Maar hij blijft ook iemand die zich onweerstaanbaar tot de zelfkant van het leven aangetrokken blijft voelen.
Het aardige is dat Noordervliet niet simpelweg gekozen heeft voor een raamvertelling, maar op verschillende momenten terugkeert naar het meta-niveau om de status van het verhaal dat zij over Menno vertelt te problematiseren. Ze vertelt 'slechts' door wat ze van Menno hoort, maar ze voelt zich nogal beperkt door dit perspectief, ook door de bokkige onwil die hij tentoonspreidt en die ze weer op zichzelf betrekt: 'Mij vertrouwt hij niet. Het is zijn goed recht een onbetrouwbare verteller te zijn: ik op mijn beurt ben een onbetrouwbare luisteraar. Zijn onvolledigheid is mijn onvermogen tot hem door te dringen.'
De gebeurtenissen kunnen echter aan geloofwaardigheid winnen wanneer ze door de ogen van meerdere figuren worden beschreven: 'Ik heb meer materiaal nodig. Ik moet hulp halen. Getuigen horen, stemmen en tegenstemmen.' Daarom treden na verloop van tijd ook andere personages als verteller op. Hierdoor komen er tegenstrijdigheden in het relaas van Molenaar aan de oppervlakte. Zo word je ook als lezer bij de les gehouden: de indruk dat er in het levensverhaal van Menno Molenaar - de verhalende plotlijn van de roman - een alwetende, betrouwbare verteller aan het woord is, is vals.
De schrijfster gaat soms ver in haar experimenteerdrift. Ze is bijvoorbeeld in staat een persoon in Menno's leven te 'worden' om hem zo 'levensecht' mee te maken. Zo heeft ze zelfs seks met haar personage. Ultieme doel is om zélf Menno te worden: 'Ik zou hem moeten worden; dat is wat schrijvers doen.' En is dat strikt genomen niet al het geval? 'Alle personages zijn altijd de schrijver. Dat zegt niets.'
Paradoxaal genoeg hebben deze verregaande pogingen tot identificatie, tot vereenzelviging, tot eenwording, als effect dat juist de onoverbrugbare afstand van schrijfster tot personage, van werkelijkheid tot fictie, van heden tot verleden, zich des te scherper manifesteert, dat 'de catch 22 in het historische verhaal' aan de oppervlakte komt: 'Zoals we het verleden nu beschrijven was het niet, en zoals het was zullen we het niet kunnen beschrijven.' Een beschrijving van de Gouden Eeuw wie es eigentlich gewesen is alleen bij benadering mogelijk: 'Laag over laag fixeert het vernis de voorstelling. Ik wil de lagen eraf krabben, ik wil terug naar de scherpe contouren en heldere kleuren. Dat zou al heel wat zijn. Vloeibaar en voorlopig wordt het toch nooit meer.'
Deze vernuftige en toch ook wel verrassende wisselwerking tussen vertelniveau en verhaalniveau maakt van Vrij man een origineel en fris specimen in het verstofte genre van de historische roman.
Noordervliet etaleert haar brede kennis van de Gouden Eeuw en haar eigengereide visie op de erfenis van de Verlichting. Ze laat historische figuren als Johan de Witt, Adriaan Koerbagh en Lieuwe van Aitzema aan het woord en biedt daarmee als het ware een romaneske adaptatie van Jonathan Israels doorwrochte studies over de vaderlandse Verlichtingsdenkers. Soms gebeurt dat wat al te clichématig. Bento van Doorn, die later Spinoza blijkt te zijn, spreekt bijvoorbeeld als een honderd procent hedendaagse Spinoza - de opgehemelde held van de rede. Aan de andere kant is die niet te omzeilen hedendaagse blik precies wat Noordervliet tracht te thematiseren.
De roman staat bol van de filosofische passages over onder veel meer: geloof en rede, kenbaarheid en onkenbaarheid, de plaats van elite en volk in een democratie, repressie en tolerantie, en bovenal vrijheid en gebondenheid. Wat is vrijheid? Wanneer is iemand een vrij man? Zonder uitzondering maken deze passages een scherpzinnige indruk en getuigen ze van een grote dosis gezond verstand. Soms hebben ze ook poëtische kracht: 'Het maakt niet uit in welke tijd je woont. Wie zich losdenkt, hangt.'
Menno's levensverhaal is dan al ondergeschikt geraakt aan de hierboven beschreven metafictionele en historische en maatschappijkritische componenten. Het slotdeel, dat zich in Amerika afspeelt, is veel saaier en taaier dan de Hollandse hoofdstukken. Het verhaal verdwijnt steeds meer naar de achtergrond, mij is althans weinig bijgebleven van het slot. Al zegt dat natuurlijk meer over mij als lezer dan over de auteur, en nog minder over het boek. Vrij man is alleen al een prachtige casus politieke, sociale en cultuurgeschiedenis van de Gouden Eeuw en een intellectueel prikkelende ideeënroman. Dat het ook een onderhoudende en bij vlagen spannende historische roman is, is de kers op de taart - ook al valt de laatste hap niet helemaal lekker.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten