Foto's: (c) Stefan van Zoggel
We zullen op donderdag vroeg vanuit Londen naar Schotland sporen. De avond ervoor vlieg ik daarom al naar de Engelse hoofdstad. Op Stansted Airport word ik na de paspoortcontrole uit de rij gevist. Je bent alleen en je hebt een baardje, dus dan gaan de alarmbellen al gauw rinkelen bij de gedrilde marechaussees. Ik krijg een rijtje vragen op me afgevuurd, alle beginnend met 'Are you aware that...'. Ik denk coöperatief te zijn door alvast mijn koffertje open te ritsen, maar dat is uit den boze. Het is een behoorlijke aanslag op je gemoedsrust, dat nerveuze gedoe, ook al weet je dat je niks te verbergen hebt.
Daar komt de beambte gelukkig ook gauw genoeg achter en zijn toon verandert op slag van autoritair naar gemoedelijk. Hij vraagt wat de plannen zijn en zegt dat Schotland inderdaad heel mooi is. 'I have never been there, actually, but so I've been told.' Bladert hij eerst nog elk boek bladzij voor bladzij door om te zien of er niks illegaals tussenzit, na verloop van tijd schroeft hij het tempo op. 'This is the neatest packed suitcase I have ever seen', zegt hij zelfs. Ik dacht dat ik niet zo goed was in bloesjes vouwen, maar mijn moeder leest dit ook, dus ik leg het bij dezen graag zwart op wit vast. Ik vraag hem of hij alles ook weer zo netjes terug in de koffer stopt, maar dat kan hij niet beloven. Als laatste haalt hij een shirtje uit een plastic tasje. 'What's this?... Feyenoord!' 'Yes, it's a present for my brother, the new away shirt.' 'That's a beautiful shirt.' Waarvan akte.
Het vliegveld heet London Stansted, maar dat is feitelijk nogal misleidend, want Stansted ligt nog zo'n 60 km van Londen centrum. Dat is dus hetzelfde als een vliegveld aanleggen in Amersfoort en dat dan Amsterdam-Amersfoort noemen. Normaal ga je met de trein naar centraal Londen, maar omdat mijn broer nu in Battersea woont, is het handiger om een bus naar Victoria te nemen. Er staat een enorme rij, en als ik bijna aan de beurt ben zit de bus vol. Gelukkig komt er meteen een volgende, die niet eens kwartvol zit, dus dat is dan weer een voordeel. Mensen stappen onderweg uit - Golders Green, Baker Street, Marble Arch - zodat ik het laatste stuk helemaal alleen in de enorme touringcar zit - de grootste taxi ooit.
Donderdagochtend gaat om zes uur de wekker. De trein vertrekt om 8.00 uur vanaf London Liverpool Street, een station dat ik alleen kende als een bouwput, maar nu is de verbouwing eindelijk klaar. Het is een prachtig station geworden, zeer open en ruim, met een perfecte loopbrug naar de verre perrons. Stipt op tijd zet de trein zich in beweging richting het noorden.
Vierenhalf uur moet de reis duren, dwars door oostelijk Engeland, met haltes in York, Darlington, Newcastle en Berwick-upon-Tweed. Ik besluit niets te lezen of te beluisteren en alleen door het raampje te turen. De tijd vliegt echt voorbij, voor we met de ogen kunnen knipperen zijn we al in York. Er wordt vaak wat smalend gesproken over de 'Midlands' en je zou inderdaad bijna gaan denken dat ze niet echt bestaan, zo snel zijn we er doorheen gegaan. Het laatste stuk, als de trein langs de kust rijdt, is prachtig, met landinwaarts drijvende zeemist, en ook Berwick, de noordelijkste stad van Engeland, biedt met zijn pittoreske ligging een fraai gezicht.
Vijf minuten te vroeg arriveren we op Edinburgh Waverley, het hoofdstation. Te vroeg, dat heb ik nog nooit meegemaakt. Het is de hele reis droog geweest, maar we staan nog niet in het station of de regen komt met bakken naar beneden. En zo hoort het eigenlijk ook, een mooi symbolisch begin van het Schotse verblijf.
Het station ligt ondergronds, via een steile helling kunnen we eruit. Meteen moeten we een rossig mannetje ontwijken dat in een rotvaart met zijn stepje naar beneden komt gescheurd. Het regent zo hard dat we nog maar even omkeren voor toiletbezoek en zo. Als ik terugkom uit de plee (30 pence) komt het mannetje net weer de heuvel af gestormd, maar nu gaat hij op het laatste moment keihard op zijn bek. We liggen ongeveer zeven minuten dubbel van het lachen, maar dan gaan we toch echt op pad, en voorwaar: het is droog.
Edinburgh Castle in de mist |
Nadat we ons geïnstalleerd hebben gaan we maar eens op verkenning uit. De weg terug naar het centrum lijkt nu veel korter, ook al is het nu bergop. We gaan alvast op zoek naar het vertrekpunt van onze excursie morgenvroeg, en vinden die gemakkelijk: het is de Main Street, waar ook alle winkels, pubs, restaurantjes, etc. zich bevinden. Wat opvalt is de overvloed aan standbeelden en Chinezen. Om de zoveel meter is een grote Schot vereeuwigd - Adam Smith, David Hume, Walter Scott - en in de tussenliggende ruimte maken Chinezen en aanverwante Aziaten foto's.
We lopen naar het kasteel. Op het plein ervoor is een enorm mobiel stadion opgetrokken, dat zelf een bijzondere aanblik biedt, maar ook het uitzicht over stad en land wegneemt. Het stadion staat er voor de 'Edinburgh Tattoo', wat zoveel betekent als militair appèl - ons woord 'taptoe' komt er het dichtst bij in de buurt. Onderweg naar het centrum hadden we aan onze rechterhand, tussen de bebouwing door, al af en toe een soort van berg uit de mist zien opdoemen, en we zijn zeer benieuwd wat dat voor berg is en wat er nog achter ligt. Het wordt een mooie tocht, door onze onwetendheid vol verrassingen.
Eerst dalen we door een dicht bos over smalle paadjes een steile heuvel af. Die komt uit op een verkeersweg. Aan de overzijde ligt de berg, die we later zullen identificeren als Arthur's Seat, door Robert Louis Stevenson, schepper van dr. Jekyll and mr. Hyde, 'a hill for magnitude, a mountain in virtue of its bold design' genoemd, wat een voortreffelijke omschrijving van dit grillige, steile ding is. (Stevenson zal morgen nog een rol spelen.) We zien joggers de gelijkmatige en keurig gemaaide strook aan de voet ervan op- of afrennen en volgen ook dat pad.
Zoggel kijkt uit over het einde van de wereld |
In de verte komt ons een man tegemoet, die op Julian Assange lijkt. Normaal heft zo'n gelijkenis zichzelf op naarmate de persoon in kwestie dichterbij komt, maar nu is het tegendeel het geval. Als hij passeert, is hij het sprekend. Met z'n witte manen en rattenkopje. (Ik lees nu dat Assange nog altijd op de Ecuadoriaanse ambassade in Londen woont, dus het is niet onmogelijk dat hij het echt was. Die jongen zal immers ook weleens naar buiten willen.)
We bereiken de noordkant van dit natuurpark en kijken daar over oostelijk Edinburgh uit. Ik denk in de verte een voetbalstadion te zien, en als de mist iets optrekt kunnen we inderdaad twee tribunes ontwaren. Dat moet Easter Road van Hibernian zijn. Er brandt ook licht. Wordt er gevoetbald? Half zeven is het inmiddels al en we gaan snel terug om ergens wat te eten. In de Main Street strijken we neer bij Garfunkel's. De temperatuur is zeer aangenaam, zodat we buiten kunnen zitten. De ober legt de kaarten neer en prijst een specifiek gerecht, de steak, wel erg enthousiast aan. Hij zal wel provisie krijgen als iemand dat neemt. Wij nemen kip, maar als toetje neemt broer wel wat de ober aanprijst, wat de jongen enorm doet glunderen.
Om de dag goed af te sluiten gaan we nog een pub binnen. Deacon Brodie's Tavern is de enige in deze straat waar wat volk is. Alle tafeltjes zijn zelfs bezet, zodat we aan de bar gaan zitten. Er komen ook vier senioren binnen, omhangen met lichtblauwe voetbalsjaaltjes: Malmö FF. De puzzelstukjes vallen op hun plek: Hibernian-Malmö voor de UEFA Cup, dat was natuurlijk vanavond. Waarschijnlijk zijn dit de voorzitter en de penningmeester met hun respectieve eega's, want die bobo's hebben altijd heel obligaat een clubsjaal over hun schouders hangen. Ze kijken overigens niet echt vrolijk, dus Malmö zal er wel uit liggen.
Omdat het vanochtend zes uur was toen de wekker ging en we morgenvroeg wederom om zes uur op moeten, houden we het bij één biertje vanavond. Terug in het B&B controleer ik nog even de uitslagen van vanavond en lees: Hibernian-Malmö FF 0-7. Zo zo, die Zweden waren dus niet chagrijnig maar beduusd. En daarom waren er geen groenwitten in de pub, de Hibs-fans zijn natuurlijk haastig en beschaamd weer in de mist verdwenen.
2 opmerkingen:
Het Feyenoord-uitshirt is inderdaad erg mooi, moet ik toegeven. :)
Edinburgh is trouwens ook een toffe stad. Assange heb ik niet gezien toen ik er was. Wel lekker gegeten op Lothian Road bij Illegal Jack's. :)
Op 18 augustus komt Feyenoord hun jaarlijkse zeperd ophalen in Amsterdam, dan zal ik het shirt eens goed bekijken.
Een reactie posten