zaterdag 19 mei 2012

Zeven dagen lang (112)

13 t/m 19 mei

ZONDAG Zwarte zondag
Manchester City kampioen. De sjeiks hebben het voetbal definitief op de knieën.
13 mei 2012: The day Football died.

MAANDAG DWDD (I)
De G500 staat naar eigen zeggen open voor alle jongeren. Maar de leiders heten van voren Sywert en Hederik. Dan krijg je toch sterk het idee dat je een hockeystick moet meebrengen als je binnen wil.

DINSDAG Held
Integraal de halve finale van het EK 1988: West-Duitsland - Nederland (1-2) zitten kijken. Om een beetje op te warmen en zo. Beste speler: Ronald Koeman, met afstand. Zo onverzettelijk hebben we ze niet meer.

WOENSDAG DWDD (II)
Stuitende domheid van de week: tafeldame Fidan Ekiz (wie?!) die zich dood zegt te ergeren aan Sacha Baron Cohen omdat die overal als typetje verschijnt en dan antisemitische uitspraken doet. Terwijl hij juist op die manier het antisemitisme binnen de groep die hij persifleert aan de kaak stelt. Ik ben eigenlijk gek dat ik het hier nog ga uitleggen ook. Dat 'Cohen' deed geen belletje rinkelen, Fidan?

DONDERDAG Tofik Dibi
'Zo was je een rijzende ster binnen je partij, zo ben je ineens een hinderlijke figuur. Zo word je door de politieke pers uitgeroepen tot "talent van het jaar", zo sla je de krant open om te lezen dat niemand op je zit te wachten.'
Ook Nausicaa Marbe (de Volkskrant) snapt het opportunisme van de pers niet.

VRIJDAG Bariton
Dietrich Fischer-Dieskau overleden. De stem die ik altijd imiteer als het heeft gesneeuwd: 'Nun ist die Welt so trübe, der Weg gehüllt in Schnee.' Op mijn niveau dan natuurlijk.

ZATERDAG Durlacher
In 2001 las ik Quarantaine (1993) van G.L. Durlacher. Het was het eerste literaire werk dat ik voor mijn leeslijst las. Nu, ruim tien jaar later, herlees ik het in de verzamelbundel Godvergeten tijd. De verhalen (2008) en raak ik weer net zo geëmotioneerd als toen. 'Hij begroette me hartelijk, maar met een zweem van verlegenheid die ik al bij meer mensen was tegengekomen. Alsof een doodgewaande weer voor hen stond.' Daar komt nu nog de emotie van de herinnering aan die eerste leeservaring bovenop.
Vermoedelijk omdat Durlacher mijn 'eerste' was, heb ik altijd gedacht dat hij zo'n beetje de primus inter pares van de Nederlandse literatuur van holocaust-overlevenden was, maar toen ik laatst tegenover iemand - ook neerlandicus - de naam G.L. Durlacher liet vallen, zei hij: de vrouw van Leon de Winter?

Geen opmerkingen: