Paul Claes (red.) - De onsterfelijken (1999) 95 blz.
Ik houd van Paul Claes. De erudiete Vlaming heeft alles gelezen en deelt zijn kennis middels goede vertalingen, nuttige toelichtingen en gedurfde interpretaties. De boeken zelf, de materiële dingen dus, zijn bovendien vaak erg mooi. De tweetalige uitgave van Eliots The Waste Land is prachtig vormgegeven met een fraaie wit-zwart-gouden cover. Ook zijn vorige week verschenen bloemlezing Lyriek van de Lage Landen ziet er piekfijn uit. Daarover later meer. De onsterfelijken is een bloemlezing met werk van Nobelprijswinnaars. De toekenning van de Nobelprijs voor de Literatuur vorige maand aan de in den lande volslagen onbekende Le Clézio toonde weer eens aan dat de Zweden vaak een verrassende keuze maken. Pas na WOII werd een rijtje grote namen gelauwerd met vanaf '46 achtereenvolgens Hesse, Gide, Eliot, Faulkner en Russell. In De onsterfelijken staat alleen poëzie. De Nederlandse vertaling van een gedicht staat groot afgedrukt, het origineel staat er in kleinere lettergrootte naast. De inleiding van Claes is zeer lezenswaardig: 'Naast het classicisme van Sully Prudhomme en Carducci vinden we het symbolisme van Maeterlinck en Yeats, naast het modernisme van Eliot het surrealisme van Jiménez en Neruda, naast het hermetisme van Quasimodo het absurdisme van Beckett, naast de retoriek van Saint-John Perse het spreekvers van Szymborska.' Via karakteristieke gedichten maakt de lezer kennis met relatief onbekende Zweden, Spanjaarden en Italianen. Verrassend fris is de poëzie van de twee winnaars uit het Nieuw-Grieks: Jorgos Seféris en Odysséas Elytis. Mooi vind ik ook de gedichten van T.S. Eliot, Neruda, Paz, Brodsky en Szymborska. Van die laatste hier de openingsregels van het spreekvers 'De eerste foto van Hitler': "Wie is die dreumes in zijn kieltje? / Dat is Adolfje; de zoon van meneer en mevrouw Hitler! / Misschien wordt hij wel doctor in de rechten? / Of tenor in de opera van Wenen?"
Bas Haring - Voor een echt succesvol leven (2007) 173 blz.
Naar aanleiding van een uitzending van VPRO's Boeken besloot ik dit boek te gaan lezen. Schrijver Bas Haring verkondigde in het programma namelijk dat zijn boek een aanklacht tegen de huidige jacht naar succes zou zijn. Ambitie en eerzucht slaan tegenwoordig de klok en de gevolgen zijn stress, slechte gezondheid en geknakte zielen. We zouden met zijn allen wat minder ambitieus moeten worden en ons weer moeten leren verstaan met het kleine geluk en het schone. In Haring vond ik dus een medestander. Zijn boodschap draagt hij in zijn boek overtuigend uit. Het is echter de stijl die soms behoorlijk irritant is. Haring is bereid ver te dalen om een lekenpubliek onderhoudend te onderwijzen. Dat is sympathiek, maar hij schiet daarbij te ver door. De lezersaansprekingen zijn legio. Uitentreuren verkleint Haring woorden: hij heeft het steeds over zijn 'boekje' en vertelt anekdotes over een 'vriendje' van hem. En niet een vriendje uit zijn jeugd, nee een huidig 'vriendje'. Haring is 40! Ook de talloze herhalingen werken op een gegeven moment op de zenuwen. Herhaling is de moeder der didactiek, maar Haring blijft aan de gang. 'Mijn vader vertelt altijd alles twintig keer, en vermoedelijk ga ik daar later ook last van krijgen of heb ik dat al' schrijft hij ergens. Dat heeft hij al. De genoemde feilen zijn erg jammer want de inhoud is erg goed. Door middel van sprekende voorbeelden maakt Haring inzichtelijk dat de zucht naar succes een biologisch gegeven is. Neem de slachtkip. Slachtkippen worden snel vet en mals en worden dan ook jong geslacht. Dat is balen voor elke kip, maar goed voor de soort. Het is een schoolvoorbeeld van een eigenschap die slecht is voor elk individu van een soort, maar goed voor de soort als geheel. Dat geldt ook voor de mens en zijn eigenschap 'ambitie'. Ook is het moeilijk je eraan te onttrekken. Het principe van Google gaat op: de zoekresulaten die bovenaan in Google staan, blijven daar staan omdat iedereen er op klikt. Het systeem houdt zichzelf in stand. Het komt nu volgens Haring aan op een denkomslag: voor een echt succesvol leven moeten we de keuze maken geen succes te hebben.
Floris Cohen - De herschepping van de wereld (2007) 298 blz.
Over dit boek ontspon zich begin dit jaar een discussie in het boekenkatern van NRC/Handelsblad. Wetenschapshistoricus Cohen betoogt in De herschepping van de wereld dat er wel degelijk een Wetenschappelijke Revolutie heeft plaatsgevonden in het Europa van de 16e en 17e eeuw en hij wil verklaren waarom die juist in Europa plaatsvond en niet in China of de Islamitische gebieden. Cohen verzet zich met zijn inzichten tegen vakgenoten die alles doodrelativeren door te beweren dat er helemaal geen revolutie heeft plaatsgevonden. Op een later tijdstip zal Cohen zijn inzichten voor vakgenoten publiceren in een wetenschappelijke studie, dít boek is voor een breder publiek bestemd. Het is ontzettend goed geschreven. Cohen maakt op ongeëvenaarde wijze inzichtelijk welke ontwikkelingen hebben geleid tot de herschepping van de wereld in Europa. De kernwoorden zijn transplantatie en transformatie. De manier waarop de auteur de klassiek Griekse natuurfilosofie in enkele bladzijden helder samenvat is een pluim waard. De Griekse benadering won het van de Chinese door de culturele transplantatie van de kennis naar o.a. Renaissance-Europa en naar de Islambeschaving. De ontwikkeling binnen de Islambeschaving stokte omdat zij zich onder invloed van vijandige invallen en religieuze opleving naar binnen keerde. In Europa zette de Revolutie wel door omdat de drie vormen van natuurkennis (abstract-wiskundig, natuurfilosofie, opsporend-experimenteel) transformeerden. De gelijktijdige transformatie van de drie lag besloten in de aard van Europa t.o.v. andere beschavingen: 'een naar verhouding grotere openheid, intenser nieuwsgierigheid, sterkere dynamiek, krachtiger individualisme en gerichtheid naar buiten toe, een sterker zoeken van heil in een actief aards bestaan.' De religieuze basis van de Wetenschappelijke Revolutie moet dus niet onderschat worden. Het 'nastreven van een zieleheil al in deze wereld' zette veel praktisch natuuronderzoek in gang. In zo'n samenleving konden genieën als Huygens, Newton en Boyle tot wasdom komen. Een Islamitische Galilei of Kepler had wel kunnen bestaan, maar hun werk had geen navolgers gevonden door de genoemde blikwending naar binnen. Een uitstekend boek, bevattelijk verteld, rijk aan wetenschapshistorische kennis. Zeer uitgesproken zonder de noodzakelijke relativering uit het oog te verliezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten