Is Volkskrant-columnist Peter Middendorp een haatzaaier en een lasteraar, zoals Bert Brussen meent? De geruchtmakende column die Middendorp afgelopen zaterdag publiceerde doet het ergste vermoeden.
De Leidse juriste en politicologe Machteld Zee schreef een proefschrift over zogenaamde 'shariaraden' in Groot-Brittannië, islamitische rechtbanken waar het shariarecht van toepassing is en niet de wetten van de seculiere rechtsstaat. In Heilige identiteiten. Op weg naar een shariastaat? vat ze haar onderzoek samen en pleit ze voor meer weerstand tegen islamistische invloeden en voor handhaving van het one law for all-principe om met name de positie van vrouwen te verbeteren.
Voor het AD werd Zee over haar onderzoek geïnterviewd door Wierd Duk. Middendorp las het artikeltje van 700 woorden, stopte met lezen en kotste er een column uit.
Het meest onwelriekende brokje uit de hoop: 'Net als in haar boek [...] leverde Zee geen voorbeelden bij haar beweringen, ook geen kleine illustraties.' Meer bewijs dat Middendorp dat boek helemaal niet gelezen heeft en dat hij inderdaad een lasteraar is, is niet nodig.
Heilige identiteiten is één grote illustratie van islamisering. In het eerste hoofdstuk beschrijft Zee de historische achtergronden van met name de georganiseerde variant, vanaf het verbond tussen de Moslimbroederschap en de Saudische wahabisten, via de ideoloog Sayyid Qutb en de institutionalisering in de Organisatie voor Islamitische Samenwerking, tot het huidige paradigma van het 'middenwegislamisme', waarmee stap voor stap het shariasysteem moet worden geïmplementeerd in de diaspora. Alles keurig verantwoord met citaten en verwijzingen.
In het tweede hoofdstuk beschrijft ze vervolgens hoe in haar ogen de dominante ideologie van het multiculturalisme, die sowieso een onbevooroordeelde bestudering van islamisering bemoeilijkt, bijdraagt aan de toenemende invloed van fundamentalisme en de opkomst van de sharia als parallel rechtssysteem.
Het derde hoofdstuk tot slot is een 35 pagina's lang praktijkvoorbeeld: de gang van zaken bij shariaraden in Engeland, waartoe Zee bij hoge uitzondering toegang kreeg om veldonderzoek te doen, en de dubieuze vergoelijking ervan door gezaghebbende publieke stemmen.
Heilige identiteiten geeft dus een beschrijving van een problematisch fenomeen
(observatie), waarvoor oorzaken en verklaringen worden gegeven (analyse en interpretatie) en oplossingen worden voorgesteld (aanbevelingen).
Over de duiding en de aanbevelingen kan vervolgens
gediscussieerd en gedebatteerd worden, waartoe overigens genoeg aanleiding is (bijvoorbeeld over haar terminologie). Gelukkig gebeurt dit ook, maar niet door Middendorp. Hij ontkent dat er een probleem is, sterker nog: hij ontkent überhaupt de observaties!
Zijn lasterlijke aantijging brengt hem er zelfs toe Zee een slechtere wetenschapper dan fraudeur Diederik Stapel te noemen. Hij kent eigenlijk maar één nog slechtere: Thierry Baudet, aan wie hij beweringen toeschrijft waarvoor je niet eens het proefschrift van de man hoeft in te kijken om te snappen dat ze er niet in kunnen staan, zoals over de correlatie tussen Merkels beleid en geweld tegen vluchtelingen: de migrantencrisis begon in april 2015, De aanval op de natiestaat verscheen in 2012. Ik heb het boek toch maar even opengeslagen. Angela Merkel komt er één keer in voor: met haar uitspraak dat de multiculturele samenleving mislukt ('gescheitert') is...
Zo gaat hij maar door, deze Middendorpsgek. Hoe hebben Zee en Baudet het tot doctor kunnen schoppen? roept hij vertwijfeld uit. Ze blijken beiden te zijn gepromoveerd bij Paul Cliteur en Afshin Ellian. Aha, concludeert hij triomfantelijk, hun academische papieren 'krijgen ze van elkaar'! Op zich al een kromme redenering van heb ik jou daar, want als ik en mijn buurvrouw allebei bij professor X promoveren, dan krijgen we onze bul niet van elkaar maar gewoon ieder voor zich van professor X. Belangrijker echter is dat noch Zee noch Baudet bij Ellian is gepromoveerd.
En dus moest de Volkskrant 's maandags alweer rectificeren. Niet de eerste keer in het geval van Middendorp. Hij verzamelt rectificaties zoals Rutte-II moties van wantrouwen. Ooit haalde hij het in zijn hoofd te beweren dat joden heus niet met veewagons uit Westerbork werden weggevoerd maar met gewone passagierstreinstellen. Je moet maar durven.
Ook de journalist moest nog aan de schandpaal: 'Een andere vraag - hoe krijgen zij hun onwaarheden ook nog eens de publieke ruimte in? - is nu ook meteen beantwoord.' Wierd Duk is de dader, en dan via Cliteur, Leon de Winter en Theodor Holman, 'op wier ruggen Duk geklommen is, anders kon je hem niet zien'. (Eerst stond er nog 'op wiens ruggen'; soms worden rechtzettingen al stilzwijgend door de redactie doorgevoerd - je kunt wel aan de gang blijven zullen ze daar hebben gedacht.)
Neem even notitie: Wierd Duk, vanwege zijn reportages uit Tsjetsjenië reeds in 1999 laureaat van de Anne Vondelingprijs, toen Middendorp nog duimen zat te draaien in de provincie, zou zich over de ruggen van de drie genoemde heren hebben opgewerkt.
Een nog smeriger brokje is de implicatie dat Duk een soort facilitator van rechtse prietpraat zou zijn. Die arme Duk had nog wel aan Zee gevraagd: 'Vreest u de kritiek? U zult ongetwijfeld in het rechtse kamp worden gedrukt', niet beseffende dat zelfs hém dat als vragensteller zou overkomen.
Het grappige is dat dit alles precies zo wordt voorspeld door Zee zelf (p. 94-95). Wie zich werkelijk verdiept in de materie en vervolgens kritisch is op de effecten van islamisering zal onmiddellijk worden weggezet in de duistere rechtse hoek door mensen die zelf te lui of bevooroordeeld zijn om zich in te lezen. Maar die voorspelling heeft Middendorp dus niet gelezen, omdat hij te lui en te bevooroordeeld is.
'Ik laat me niet islamiseren', bluft hij ook nog ergens. Stoere praat. Middendorp is als de man in de metro die naar de jihadist met bomgordel roept: 'Ik laat mij niet opblazen!' Alsof je zoiets zelf in de hand hebt. En dan is, zoals Zee al aangeeft, het terrorisme nog slechts één aspect van islamisering. Veel giftiger is de sluipende variant, die handig inspringt op de neiging tot 'zelfislamisering', zoals Bas Paternotte het noemt: 'de eigen normen en waarden worden verkwanseld onder het mom van tolerantie terwijl er op dat vlak nul wederkerigheid is.'
Zo is een van de grote mysteries van deze tijd dat fanatieke voorvechters van vrouwenrechten plotsklaps al hun idealen opzij zetten als de islam ter sprake komt. Ze worden daardoor medeplichtig aan de sluipende islamisering van de samenleving en zetten daarmee uitgerekend de zwaarbevochten vrouwenrechten op het spel. Jolande Withuis legt het allemaal overtuigend uit. Heilige identiteiten is in de kern een feministisch geïnspireerde oproep tot weerbaarheid en een waarlijke 'suffragette-mentaliteit (m/v)'.
Peter Middendorp heeft er allemaal geen boodschap aan, hij heeft zijn oordeel al klaar en deinst er niet voor terug een jonge wetenschapper met leugens en verdachtmakingen in de hoek te zetten. Daarbij besmeurt hij niet alleen Machteld Zee maar ook een heel contingent anderen die er met de haren worden bijgesleept, tot aan de journalist die de onderzoeker over haar onderzoek laat vertellen. Al die mensen worden door Middendorp op grove wijze geschoffeerd. Hij is dus een schoffeerder, zo luidt het antwoord op mijn openingsvraag. Maar omdat dat een niet-bestaand woord is lijkt 'schoft' me een prima alternatief.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten