woensdag 5 november 2008

Encyclopedie van de somberheid (6)

6. Somberheid, melancholie, treurnis

"Noch de somberen, noch de opgewekten onder ons zouden het erg moeilijk hebben als zij hun stemming moesten motiveren. Nog nooit waren de mensen zo boosaardig als nu, maar ook nog nooit zo goed als in deze tijd. Zelden waren ze zo gelukkig, zelden zo ongelukkig. Nog nimmer was de toekomst zo uitzichtloos, nog nooit zo vol hoop. Een sonore samenvatting van een complexe samenleving waarin optimisme en somberheid om de voorrang strijden, maar in de belichting waarvan ik u de verfijnde melancholie hoop te kunnen aanwijzen.
[...]
De oude indeling der melancholie maakt het onderscheid tussen de aangeboren en de actueel veroorzaakte treurnis, maar ruimt ook een plaatsje in voor de zogenaamde 'duistere melancholie', die stoelt op een inzicht dat bij de Schepping, toen licht van duisternis werd gescheiden, een troebeling van dat licht niet kon worden voorkomen. In die hoek zou ik zonder aarzeling de grote ontstemden plaatsen, zoals Hamlet, Don Quichot, Oblomov, Byron en Jacques Bloem, en wat mijzelf betreft heb ik genoeg weet van ochtendgrauw, avondondergang, helhete zomermiddagen en verlaten perrons om deze namen met reverentie te noemen."
(Uit: Willem Brakman, 'Op het spoor van de melancholie', Vrij uitzicht, 2001.)

Geen opmerkingen: