Op het station neem ik nooit een gratis krantje aan van een van de krantjesuitdeelverslaafden. Niet omdat ik die mensen niet mag, maar omdat ik een krantje als Sp!ts nie bijster interessant vind. Dat Heath Ledger dood is breed uitgemeten wordt op de voorpagina, zegt genoeg. Soms lees ik weleens vluchtig een op een tafel liggend krantje door als ik tussen het studeren door wat ga eten. Dan vallen me de elke keer weer belabberde en tenenkrommende ingezonden brieven op. De strips worden overigens wél steeds leuker.
Vanochtend stond in de Sp!ts iets over proefdieren. Zowel de Stichting Informatie Dierproeven (hier:SID) als de Vereniging Proefdiervrij (hier:VP) mocht haar zegje doen. Een vergelijking van beide stukjes sterkte mij weer eens in de overtuiging dat het bij dierenactivisten vaak veel geschreeuw en weinig wol is, in retorische termen veel ethos (wijzen op de eigen kraam) en pathos (inspelen op gevoelens lezer), en weinig logos (feiten, logische redeneringen). Hieronder de beide stukken.
Allereerst de monoloog van de SID. Deze bestaat bijna geheel uit feitelijke informatie, uit logos. Ethos en pathos zijn vet gedrukt, het overige zie ik als logos. Cursief betekent mengvorm of twijfelgeval:
"Veel ziekten zijn nog niet goed te behandelen, zoals kanker, dementie of aids. Er wordt veel onderzoek gedaan om de oorzaken te achterhalen en effectieve en veilige behandelingen te ontwikkelen. Veel mensen zien daar het belang van in. Elke gedoneerde euro is een bijdrage aan wetenschappelijk onderzoek, soms met proefdieren. Dierproeven zijn dus geen op zichzelf staand verschijnsel, maar altijd deel van wetenschappelijk - of veiligheidsonderzoek dat ook tests in een reageerbuisje omvat, onderzoek bij vrijwilligers en uiteindelijk bij patiënten.
Er zijn mensen die principieel bezwaar maken tegen dierproeven. Zij vinden dat mensen dieren nooit mogen gebruiken voor hun eigen doeleinden. Dat standpunt verdient respect. Anderen, waaronder alle overheden, vinden echter dat dierproeven onder strikte voorwaarden te rechtvaardigen zijn. De Wet op de dierproeven geeft heel precies aan onder welke doelen dat mag. Dat betreft vooral medisch en biologisch wetenschappelijk onderzoek en het testen van de veiligheid van geneesmiddelen en vaccins. Die laatste proeven zijn wettelijk verplicht terwijl proeven voor cosmetica al 10 jaar verboden zijn.
Voor elke dierproef is een positief advies nodig van de onafhankelijke Dier Experimenten Commissie. Die beoordeelt of het belang van de proef opweegt tegen het leed dat de dieren wordt aangedaan. Alle instellingen die dierproeven mogen doen, richten zich op de drie V's: vervangen, verminderen, verfijnen. Dus testen zonder dieren als het kan, met zo min mogelijk dieren en zo min mogelijk dierenleed. Ondertussen wordt er wereldwijd hard gezocht naar alternatieven zoals testen op celkweken of computersimulaties."
Dan de monoloog van de VP. Ook hier zijn de passages met overwegend ethos en pathos vetgedrukt:
"Elk jaar worden er honderdduizenden dieren opgeofferd in Nederlandse laboratoria. In 2005 werden er maar liefst 603.741 proeven op dieren uitgevoerd. Proefdiervrij vindt dit een onacceptabel hoog aantal. Als het aan ons ligt, gaat dit aantal zo snel mogelijk terug naar nul. Niet alleen ratten en muizen worden in dierproeven gebruikt, maar ook apen, konijnen, katten, honden, konijnen, cavia's, geiten, varkens, vogels, vissen, koeien en zelfs paarden. Er vinden proeven plaats voor de ontwikkeling van medicijnen, maar ook voor onderzoek naar voedseladditieven, zoals kleur- en smaakstoffen.
Het verbijsterende getal van ruim zeshonderdduizend betreft alleen de geregistreerde proeven. Het getal wordt veel hoger als we kijken naar het totaal aantal dieren dat hun leven in laboratoria moet slijten. Honderdduizenden dieren worden 'in voorraad' gehouden en nog vóór de proef gedood. Bijvoorbeeld omdat er dieren nodig zijn van één geslacht. Als er vrouwtjes nodig zijn voor een bepaalde dierproef, belanden de mannetjes in de afvalbak.
Ook Proefdiervrij is voor een goede gezondheid van mensen, voor een schoon milieu, voedselveiligheid, vaccins etc. Maar het is tijd voor proefdiervrije technieken. Er kan al huid worden nagemaakt, er is een kunstmaagdarmkanaal en er wordt zelfs al onderzoek gedaan met een virtuele mens! Proefdiervrij is de grootste organisatie in Nederland die specifiek opkomt voor de belangen van proefdieren en die streeft naar het vervangen van dierproeven door proefdiervrije technieken. Met originele, spraakmakende acties en voorlichting geeft Proefdiervrij een duidelijk signaal af aan politiek, bedrijfsleven en consumenten."
In het eerste stukje staan veel redeneringen en feiten, en maar enkele retorische trucjes. In de eerste vetgedrukte passage wordt ingespeeld op de lezer, in dit geval expliciet de tegenstander. In de tweede passage wordt een (allitererende) drieslag ingezet.
In het tweede stuk overheersen juist de vetgedrukte passages. In het begin gaat het vooral om subtiele woordjes ('opgeofferd', 'verbijsterend', enkele 'niet alleen...maar ook'-constructies). Ook in dit stuk wordt de tegenstander even naar de mond gepraat. 'Het is tijd voor...' wordt als feit vormgegeven maar is een particuliere mening. De voorbeelden die worden gegeven passen logisch niet echt in de redenering. Wat maakt een 'kunstmaagdarmkanaal' een geschikte vervanger van een proefdier? Het uitroepteken is vaak ook een aanwijzing voor camouflererend schreeuwen i.p.v. bedaard argumenteren. De laatste alinea is puur ethos. Dat 'duidelijk signaal' is bovendien inderdaad wel erg duidelijk gebleken.
Wanneer ethos en pathos buiten beschouwing worden gelaten, blijkt - verbazingwekkend wellicht - dat men het nagenoeg met elkaar eens is. Het gebruik van proefdieren is ongewenst, de wetenschap is bezig met alternatieven en het aantal proefdieren zal steeds verder afnemen. Enige twistpunt lijkt te zijn dat de SID de door de VP genoemde voedseltoepassingen (bewust?) niet noemt, maar dat is na te trekken. Concluderend is het het beste om af te wachten, de wetenschap haar werk te laten doen en haar de tijd te geven met goede alternatieven te komen. Tot die tijd maken we dankbaar gebruik van medicijnen die door tests met proefdieren ontwikkeld zijn. Ook de activist zal dankbaar moeten zijn als hij genezen wordt door een op dieren getest geneesmiddel. (Die laatste zin is niet vrij van pathos)
3 opmerkingen:
Met name in die eerste monoloog neem je de begrippen wel erg ruim op. Ik zou in de meeste vette gevallen pleiten voor logos!
Ja, misschien ben ik daar zelfs nog wel iets té toegeeflijk geweest t.o.v. de tegenpartij.
Ja, waarschijnlijk dus het is
Een reactie posten