vrijdag 28 september 2007

Ik vertrek

Het leukste vermaak is leedvermaak, zo leert ons een gevleugelde uitdrukking, en daar zit een grote kern van waarheid in. Leedvermaak is zeker van toepassing op een opmerkelijk programma dat de TROS op donderdagavond uitzendt: Ik vertrek.

In elke aflevering wordt een Nederlandse familie gevolgd die gaat emigreren. Men gaat in de regel een camping beginnen, want dat is altijd een jeugddroom geweest. En in Nederland krijgt men het benauwd, uiteraard. De TROS spaart de Nederlanders niet, integendeel. Haarscherp wordt het proces van optimistische geestdrift naar treurige desillusie in beeld gebracht. Want een succes wordt het nooit.

En daar komt het leedvermaak de hoek om kijken. Ik zit altijd hoofdschuddend op de bank, zo nu en dan cynisch lachend om het getob van mijn landgenoten. Want tobbers zijn het, stuk voor stuk. Bijna altijd is er sprake van een gezin met kinderen en de kinderen zijn de grootste slachtoffers. Zij moeten mee naar een vreemd land. Daar moeten ze naar school, terwijl papa en mama al hun tijd kwijt zijn aan het draaiende houden van de camping. En aan het herstellen en repareren van allerhande gebreken, want bij nader inzien komt de praktijk toch niet zo overeen met het gedroomde en beloofde ideaalbeeld.

Hilarisch was de aflevering waarin een gezin uit Sint-Oedenrode naar Hongarije vertrok om daar stacaravans te verhuren. Het woonhuis bleek niet te beschikken over riolering, gas en elektriciteit. Water moest uit de put worden gehaald. De slakken dreven op het wateroppervlak, maar het water was 'goed te drinken'. De dochter moest meteen naar school. Haar ouders waren niet op het idee gekomen haar in Nederland alvast voor te bereiden op de Hongaarse taal, want 'die leert ze in een paar weken'. Kinderen pikken een taal inderdaad snel op, maar Hongaars? Uit de Finoegrische taalfamilie, niet eens een Indo-Europese taal? Arm kind...

Niet zelden loopt het avontuur uit op een groot fiasco. De klanten blijven weg, de compagnons blijken onbetrouwbaar, de kinderen kunnen niet aarden en zelf hakt de heimwee er ook in. Je ziet de personen voor de camera zogenaamd optimistisch blijven, maar de ontevredenheid en de desillusie druipen van het scherm. Kijkend naar al die tobbers, ben ik toch eigenlijk reuzetevreden met het land waarin ik woon. Hoe vaak hoor je niet mensen klagen dat Nederland Nederland niet meer is, en dat ze weg willen. In Griekenland liet onze vakantievriend Erwin een soortgelijk geluid horen. In de mediterrane landen was men veel vriendelijker, het leven was er beter dan in Nederland.

Tuurlijk, op vakantie is iedereen aardig tegen je. Je bent hun bron van inkomsten. Maar o wee als je je definitief vestigt, dat ligt dat vaak toch iets genuanceerder. En die traagheid van de overheid in Nederland zal toch ineens wel mee blijken te vallen, wanneer je in het land waar je je vestigt iets van de grond wilt krijgen. Zo slecht is Nederland nog niet om in te wonen. Zo denken de hoofdpersonen uit Ik vertrek er aan het eind van elke uitzending ongetwijfeld ook over.

2 opmerkingen:

ditisstefan zei

Met een vriend van me discussieer ik vaak over 'Daar zit een kern van waarheid in'.

De vraag is of dit een combinatie van
'Daar zit iets in'
en
'Dat bevat een kern van waarheid'
is.

Of dat het toch gewoon goed is :).

Marc van Zoggel zei

Scherp, Stefan! Ik denk dat het dan een combinatie is, maar niet per se fout.