vrijdag 3 juni 2011

Ronald Giphart - IJsland

Ronald Giphart - IJsland. Podium (2010), 240 blz.

Van Ronald Giphart had ik nog nooit iets gelezen. Nog nooit een roman moet ik zeggen, want ik las wel ooit De liefde die Feyenoord heet, een bijzonder sympathiek boek dat Giphart samen met Rob van Scheers en Peter Blokdijk schreef.

Dat ik nu zijn nieuwste roman IJsland ben gaan lezen, had twee redenen: uit besprekingen van het boek meende ik ten eerste op te maken dat de schijtlolligheid die Giphart eigen schijnt te zijn, in zijn nieuwste roman veel minder prominent aanwezig was, en ten tweede zag ik Giphart ergens vertellen dat het idee voor IJsland gebaseerd was op de break up van de Vliegende Panters, het cabarettrio aan wie ik veel te danken heb.

Om met het laatste te beginnen: het trio in IJsland heet 'Groep Smulders', een duidelijke verwijzing naar de typetjes Peter, Pascal en Pierreke Smulders uit Hype, de tweede show van de Panters. Verder verschilt de groep nogal van de 'echte' Panters. In IJsland gaat het om twee broers en de schrijver en ik-verteller Giph en zijn de heren niet op elkaar uitgekeken, maar is het alleen Giph die de handdoek in de ring wil gooien.

Wat betreft de schijtlolligheid: die is nog steeds aanwezig. Bijvoorbeeld in een al te flauwe opsomming van theaters waar Groep Smulders optreedt: 'De Fuk in Vaessensdam. De Drol in Hoogeland. De Klit in Marmelo. De Gulp in Bremmersvorden. De Nattewind in Gietsenbeek.' Maar misschien is dit wel extra aangedikt om de serieuze component beter te laten uitkomen.

Giph krijgt namelijk een relatie met de zwangere Friezin Teaske. Haar zoon Bent wordt door Giph als zijn eigen zoon omarmd, zeker wanneer de kleine kort na zijn geboorte in het ziekenhuis belandt en wekenlang moet vechten voor zijn leven. Teaske kan de inspanningen van Giph echter minder waarderen: als Bent weer beter is, vertrekt zij terug naar Friesland naar haar ex-vriend, die overigens ook niet de vader is.

Giphart kan zeker schrijven. Hij is bij vlagen in staat je bladzijden lang ademloos door te laten lezen. Erg knap gedaan is 'De Saga van het Einde van de Goddelijke Bulder', een fragment in de taal van de oude, mythische IJslandse epiek: 'De Hoge, de Even-Hoge en de Derde hielden het land jarenlang gevangen tussen de Kaken van de Lach. Toen werd de Derde [...] verliefd op de Vrouw Met Het Universum In Haar Buik, dóttir van het Sekreet van het Noorden. Zij baarde hem een Zoon, een jongen die lafhartig werd overvallen door de Dieven van de Duistere Slaap.' etc.

Giph vertelt de geschiedenis in de vorm van enkele brieven aan de lezer. De blurb spreekt van 'een herbezinning op de dingen die belangrijk zijn' en dat is voor de verandering wel een adequate typering. De autobiografisch geïnspireerde plotlijn over het kleine manneke is opgebouwd uit beschrijvende passages en interessante bespiegelingen over de relevantie van humor, vriendschap en de zin en onzin van menselijke verhoudingen.

Het lijkt erop dat Gipharts exuberanties in IJsland wat onderkoeld zijn geraakt. Met af en toe nog een geiseruitbarsting van schijtlolligheid.

*****

Geen opmerkingen: