zaterdag 16 februari 2008

Fenomenologie van de seizoensmens

Lentemens
Dit type ontplooit zich optimaal in de oplevende omgeving van flora en fauna. Wanneer bloemknoppen ontluiken en twijgen uitlopen, drieste kalveren en schuchtere lammeren hun schroom overwinnen en het leven ontmoeten, dan voelt de lentemens zijn bloed stromen en kijkt hij vooruit. De combinatie van koele, bedauwde ochtenden en voorzichtig-warme, aangename middagen is de hemel voor de lentemens. Dit type is in de lente te herkennen aan vitaliteit, liefdeshunkering en de omarming van het recupererende leven in woord en daad. Winter en zomer vormen twee extremen waarin de lentemens niet geheel gedijt, de herfst is als de agressor die het leven vernietigt.

Zomermens
Dit type weet zich snel aan te passen aan de lome hitte en het ontregelde dagelijkse levensritme. De zomermens hult zich bij hoge temperaturen in zo min mogelijk kleding en koestert zich in de tintelende stralen van onze brandende ster. Zomer is voor de zomermens synoniem met vrijheid en ontdekking, onthaasting en beleving. Dit type vermijdt de schaduw en verblijft het liefst buitenshuis met zonnebril en strandtas of op terras, genietend van de 'zomervibe' en van de lange, zwoele avonden en broeierige, luide nachten. De zomermens is te herkennen aan het drie seizoenen lang expliciet uitspreken van het verlangen naar de zomer. Dit type gedoogt de lente, maar hekelt de herfst en veracht de doodse winter. Zomermensen zijn een veel voorkomende soort.

Herfstmens
Dit type is niet zelden behept met een romantische inborst alsmede een sterk intuïtief besef van vergankelijkheid. Belangrijk is dat de herfstmens de neergang van leven die de herfst aanduidt niet verwerpt, maar juist omarmt en erin zwelgt. Dit type aanschouwt óf lethargisch en melancholisch vanachter het raam de gestaag neerdalende regen en spiralend vallende bladeren óf begeeft zich opgewekt en actief midden in de onstuimig tekeergaande natuur om de terugtrekking van het leven te ervaren. De herfstmens heeft geen pertinente hekel aan lente, zomer of winter, maar voelt zich bij geen van deze drie seizoenen betrokken.

Wintermens
Dit type voelt zich sterk verwant met de staat van de natuur in de winter wanneer flora en fauna geduchtig wachten op de sprong naar 't leven. De wintermens ervaart de van vrieskou bezwangerde lucht als helend en ondergaat de schoonheid van besneeuwde landschappen en bevroren waters als een genot. De windstille, heldere dagen met een krachteloze oranjerode zon die kenmerkend zijn voor de winter komen de wintermens als ideaal voor. Dit type beschouwt de paradoxale situatie van schilderachtige idylle en kale doodsheid als in ware overeenstemming met de levensgang. De herfst wordt gedoogd, maar gelaakt om zijn vervaarlijke windstoten en megalomane regenbuien. De wintermens haat de verstikkende benauwdheid en zweterige, broeierige omstandigheden die de zomerse koperen ploert verspreidt.

Geen opmerkingen: