zaterdag 25 juli 2015

Zeven dagen lang (254)

19 t/m 25 juli

ZONDAG Europa klapt
In EenVandaag gisteren was ook Geert Mak uiterst negatief over de toekomst van het Europese project. In mijn bespreking uit 2012 van een boekje van Mak kwam ik al tot die conclusie: de schellen zijn ook deze eurofiel van het eerste uur van de ogen gevallen.

MAANDAG Tour (I)
Lesje voor reclamemakers: commercials met (ex-)wielrenners zijn geen goed idee. Of het nu de als een primaat met zijn armen zwaaiende Joop Zoetemelk voor M-Line is, 'kampioen stokbroden halen' Tom Leezer voor de Lotto of Tom Dumoulin met 'nu nog goed haar' voor Alpecin-shampoo: het ziet er niet uit.

DINSDAG Komkommertijd
Wat zijn ferrydoedens? En waarom heeft iedereen het er over?

WOENSDAG Onafhankelijk
Nederland en Polen willen objectieve media voor Russischtaligen gaan financieren om tegenwicht te bieden aan de Russische staatstelevisie.
Een neutrale publieke omroep, goed idee, wanneer komt dat ook in Nederland?

DONDERDAG Associatie
De 'vleesverwerkende industrie'. Waarom doet die term me toch altijd aan de porno-industrie denken?

VRIJDAG Tour (II)
Morgen de Alpe d'Huez. Iedereen kijkt er naar uit, maar ik vind het met het jaar verschrikkelijker worden. Al die randdebielen op de berg die pas in de laatste plaats - of zelfs helemaal niet - voor het wielrennen komen. En dat gezever elk jaar over 'de Nederlandse berg'. Dit is de twintigste Tour die ik volg maar ik heb er nog nooit een Nederlander zien winnen. Ik bedoel: hoe lang kun je zo'n benaming nog handhaven?

ZATERDAG Tour (III)
De Tour en de Talkshows: Het was wennen zonder De Avondetappe, maar Studio Tour was niet onaardig, met in de filmpjes van Herman van der Zandt zelfs af en toe een verre echo van de items van Jean Nelissen, en Tour du Jour op locatie was een gouden greep, ondanks de eindeloos lange reclameblokken. Hoogtepunt was echter de speciale uitzending van Vive le Velo op de Belg met Mart Smeets en Rob Harmeling. Ik dacht nog even dat het kwam door de melancholie die altijd 's avonds komt opzetten, maar bij de herhaling de volgende ochtend kreeg ik opnieuw kippenvel.

zaterdag 4 juli 2015

Zeven dagen lang (253)

28 juni t/m 4 juli

ZONDAG Bekentenis
Ik mis Knevel en Van den Brink.

MAANDAG Zomerklaar
Vandaag in zes verschillende treinen gezeten om op mijn werk te geraken, en in zes treinen plus een vervangende bus om weer thuis te komen. Ik wil een medaille.

DINSDAG Kwijtschelding schuld Griekenland kost Nederland 3 tot 5 miljard
Maar hee, tenminste nooit meer oorlog, mensen.

WOENSDAG Jaarlijks terugkerend
De temperatuur stijgt richting de dertig graden, Wimbledon en de Tour de France beheersen de sportjournaals, en FC Den Bosch spreekt de verwachting uit dat het komend seizoen nu dan toch echt gaat promoveren naar de eredivisie.
Kortom, het is weer juli.

DONDERDAG Boer zoekt woord
Het journaal heeft een item over de manier waarop boeren voor koeling in hun stallen zorgen. Een boer heeft het daarbij over het 'koecomfort'. Ik zeg: woord van het jaar.

VRIJDAG Held
Balen, de FEBO stopt als sponsor van Raymond van Barneveld. Nooit meer zulke epische foto's:

Raymond van Barneveld - Zelfportret met Kroket


ZATERDAG 37 graden
Geen geintje: koop ik in deze door extreme hitte geteisterde week een cd, blijkt er ook een track op te staan getiteld 'Heatwave'.

vrijdag 3 juli 2015

Sufjan Stevens - Carrie & Lowell

In de regel moet je een paar jaar wachten tot een van de artiesten die je het meest dierbaar zijn met een nieuwe plaat komt. 31 maart jongstleden was in dat licht een wel heel bijzondere dag, omdat toen twee van mijn favorieten op een en dezelfde dag een nieuw album uitbrachten. Death Cab for Cutie met Kintsugi, Sufjan Stevens met Carrie & Lowell. Waar Death Cab de ingeslagen weg naar toegankelijke poprock vervolgde, daar heeft Stevens een vrij radicale ommezwaai gemaakt.

De laatste jaren leek het muzikale wonderkind steeds meer op de experimentele tour te gaan. Age of Adz was een even briljant als bizar werkstuk, de tweede kerstbox bevatte twee schijfjes met psychedelische ontsporingen, en met een van de Dessner-broers (The National) maakte Stevens een cyclus geïnspireerd op de planeten uit ons zonnestelsel, waarbij hij gelukkig alle planeten op één avond aan bod liet komen, wijzer geworden van dat al te megalomane voornemen een albumreeks gebaseerd op de 50 Amerikaanse staten te maken.

Toen hij zelfs in de hiphop ging, leken we onze Sufjan definitief kwijt te raken. Carrie & Lowell is echter een even onverwachte als welkome terugkeer naar de meer ingetogen, hoogwaardige indierock waarmee hij groot werd. Michigan, sommige nummers van Illinois, dat werk. Maar het album lijkt nog het meest op Seven Swans, mijn favoriete Sufjan. Een sobere instrumentale begeleiding, een bijna fluisterende zang en rijke teksten met religieuze referenties. Het heeft een zeer intense plaat opgeleverd.

Het verhaal erachter is bekend: Stevens verloor eind 2012 zijn moeder, met wie hij een moeizame relatie had, aan kanker. Zijn emoties schreef hij van zich af, met Carrie & Lowell als resultaat. Toch heeft dit allesbehalve tot een al te particuliere, of naar emoporno neigende plaat geleid. De thematiek wordt naar het niveau van de universele ervaring en het mysterieuze beeld getild. 'Fourth of July', misschien wel het meest persoonlijke nummer, begint bijvoorbeeld overdonderend mooi: 'The evil it spread, like a fever ahead, it was night, when you died, my firefly.'

Daarbovenop zijn er genoeg verrassende overgangen, tempowisselingen en elektronische manipulaties die het geheel schwung geven. Ook bijzonder zijn de onheilspellende outro's die vrijwel ieder nummer afsluiten. 'Fourth of July' heeft niet zo'n outro, maar het eindigt dan ook met de herhaalde frase 'We're all gonna die', een wetenschap die geen outro verdraagt. Zoals overigens veel zinnen pijnlijk raak zijn: 'What left is only bittersweet, for the rest of my life, admitting the best is behind me.'

Stevens blinkt ondanks deze insteek toch ook weer uit op het vlak van de wonderlijke, een glimlach tevoorschijn toverende anekdote. Op Age of Adz speelde hij in 'Vesuvius' met zijn naam, door 'Ve-su-vius!' over te laten gaan in 'Suf-i-jan!'; op Carrie & Lowell gebeurt dat, in 'Eugene', aan de hand van het verhaal van de man die zijn naam niet kon onthouden en deze verhaspelde: 'He called me Subaru.'

Hoogtepunt is naar mijn bescheiden mening 'John My Beloved', een schitterende, blijkens de goed hoorbare ruis lo-fi opgenomen zelfanalyse: 'I am a man with a heart that offends, with its lonely and greedy demands. There's only a shadow of me, in a manner of speaking I'm dead.' En met mysterieuze regels als 'Beloved of John, I got it all wrong, I read you for some kind of poem. Covered in lines, the fossils I find, have they no life of their own?'

Het waarlijk bijzondere is dat Carrie & Lowell maar niet wil gaan vervelen. Dat ik het album, in tegenstelling tot Kintsugi, nu pas bespreek, heeft niet alleen te maken met de lagepitjesstaat waarin dit blog verkeert. Ik ben gewoon nog steeds niet klaar met de nieuwe Sufjan. Een prachtplaat.